Emoties in asielkwestie gevaarlijk
De reacties op de Haagse taferelen van vorige week maken duidelijk hoe kwestieus de move van de Tweede Kamer is geweest, stelt dr. ir. J. van der Graaf.
Reken maar dat Wilders en Verdonk een flink opkontje hebben gekregen in de week die achter ons ligt. Ze kunnen rekenen op electorale winst na het drama dat zich vorige week in ons vaderland voltrok. Een kersverse Kamer preste in een zitting met hoog emotiegehalte een demissionair kabinet tot wijziging van het beleid waarvoor het stond toen het nog gewoon in functie was. Dat riep en roept gevaarlijke emotionele tegenreacties op.Met het artikel van Jan Dirk Snel, historicus en filosoof, vrijdag op deze pagina, werd naar mijn oordeel die emotie in hoge mate gevoed. Laat ik vooropstellen dat ik het vreemdelingenbeleid van minister Verdonk de jaren door verwerpelijk heb geacht. Een nieuw beleid, waarin het Bijbelse recht van de vreemdeling doorstraalt, is hard nodig. Als zodanig ben ik voor een generaal pardon voor allen die al jaren in onzekerheid verkeren, mits zij valide redenen hadden om hun land te ontvluchten. Zijn er echt redenen van humaniteit en dus van gerechtigheid in het geding?! Poreuze grenzen beginnen zich, op het moment dat ik dit schrijf, hier nu al bij allochtonen in Europa af te tekenen, in de euforie die is geschapen.
Ik typeerde primair, direct na aanvaarding van de motie-Bos, de coup van de Tweede Kamer als ”wraakpolitiek”. En intussen zag ik het scenario voor mij: heftige debatten over de ruggen van ”de vreemdeling in onze poorten” heen. Moest een zo beladen onderwerp per nipte meerderheid van de ene op de andere dag emotioneel en met ressentiment worden afgedaan?
Intussen had ik -laat ik daarover ook duidelijk zijn- bij tegenstanders van Bos cum suis graag meer signalen van bewogenheid met betrekking tot diezelfde ”vreemdeling” gezien.
Gedrocht
Na de emotie moest de nuchtere afweging komen. Opeens leek de hele natie vol staatsrechtdeskundigen. Snel bestrijdt de visie van de PvdA-staatsrechtdeskundige Erik Jurgens, die van oordeel is dat de Tweede Kamer zijn boekje te buiten ging toen hij het demissionaire kabinet, om het in mijn eigen woorden te zeggen, een missionaire beleidslijn afdwong. Nee, zegt Snel, emotioneel, in een betoog vol superlatieven: „Kabinet revolutioneert het staatsrecht.” Om nog maar te zwijgen over de uitdrukking „een stille staatsgreep” die het kabinet zou hebben gepleegd.
Maar Jurgens is niet de enige die de Kamer ongelijk gaf. Laat ik dichter bij huis blijven. Gert Schutte, ooit genoemd ”het staatsrechtelijk geweten van de Tweede Kamer”, thans lid van de Kiesraad, zei het in Trouw van zaterdag zo: „De nieuwe Tweede Kamer heeft de eerste fout gemaakt door het zittende kabinet te dwingen een speerpunt van zijn beleid te wijzigen: stopzetting van de uitzettingen van bepaalde groepen asielzoekers. De regering regeert, niet de Tweede Kamer. Er wordt nu te gemakkelijk gezegd dat de Kamer de meest recente afspiegeling van de bevolking is. De Kamer had terughoudend moeten zijn en moeten wachten op een nieuw kabinet.”
Inderdaad, de regering regeert! In dit geval: een demissionaire regering, dus zonder bevoegdheden tot vernieuwing van beleid. De Kamer wist natuurlijk ook wel dat men niet het hele demissionaire kabinet naar huis kon sturen, hoewel de premier volhield dat het hele kabinet voor het beleid inzake de asielkwestie verantwoordelijk was. Schutte zegt terecht ook dat ministers niet opereren als individuen met een eigen beleid.
Eenmaal op het verkeerde spoor, volgde het ene incident na het andere. Inderdaad had Verdonk, toen vervolgens de motie van afkeuring over haar was uitgesproken, moeten opstappen. En wat uiteindelijk resteert is ’een gedrocht’ van een demissionair kabinet.
Diversiteit
Een verhaal als van Snel, dat niet op zichzelf staat, staat haaks op dat van Schutte, dat ook niet op zichzelf staat. Dat alleen al maakt duidelijk hoe kwestieus de move van de Kamer is geweest. Het is ook niet vol te houden -wat Snel suggereert- dat de roep om uitzettingen te stoppen niet een opstap was voor een generaal pardon als zodanig. Maar de verantwoordelijkheid daarvoor ligt bij een nieuw kabinet, waarin -dat wel!- de nieuwe verhoudingen in de Tweede Kamer een plek zullen hebben.
En nu maar hopen dat in de formatiebesprekingen alsnog een begaanbare weg wordt gevonden voor het omgaan met rechtmatige asielzoekers en dat de frustraties van de afgelopen weken niet als een zwaard van Damocles boven de formatie blijven hangen. Hopelijk wordt een weg gevonden waarbij alles naar de orde van recht en gerechtigheid, ook volgens staatsrechtelijke normen en uitgangspunten, verloopt; een weg naar beleid met een hoog humaniteitsgehalte.
Het zou kunnen zijn dat, als dezelfde partijen die op dit punt een gelegenheidscoalitie vormden zich vanuit hun diepste intenties in een bezonnen overleg moeten gaan uitspreken, er nog heel wat diversiteit aan het licht komt.
De auteur is oud-algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond.