VVD houdt moeite met aanblijven
DEN HAAG - Zowel de VVD-ministers als de fractie in de Tweede Kamer blijven grote moeite houden met voortzetting van de coalitie met het CDA totdat er een nieuw kabinet is.
Dat bleek tijdens het Kamerdebat van donderdag over het kabinetsbesluit geen uitgeprocedeerde asielzoekers meer uit te zetten.Met name VVD-fractieleider Rutte gaf onomwonden aan dat zijn partij alleen op dringend verzoek van premier Balkenende het kabinet niet heeft verlaten. Hij vindt dat het CDA het asielbeleid van de afgelopen jaren om zeep heeft geholpen en neemt dit de christendemocraten zeer kwalijk. „Dat beleid was spectaculair succesvol.”
Op zijn beurt werd Rutte door PVV-voorman Wilders op de korrel genomen omdat de VVD aanblijft terwijl op zo’n belangrijk beleidsterrein de bakens worden teruggezet. Hij verweet Rutte „slappe knieën” te hebben.
De VVD’er reageerde met de opmerking dat bij zijn partij het landsbelang hoger telt dan het partijbelang. „Wij muizen er niet tussenuit.”
CDA’er Verhagen bestreed dat een van de peilers onder het kabinetsbeleid onderuit is gehaald en hield Rutte voor dat er weinig te kiezen viel. „Als niemand beweegt, staan we hier over anderhalf jaar nog”, voegde hij de VVD-leider toe.
Vanuit de Kamer kwam er veel kritiek op de verklaringen die VVD-bewindslieden na het langdurige kabinetsberaad van dinsdag hadden afgelegd. Vicepremier Zalm noemde zichzelf „burgemeester in oorlogstijd”, terwijl minister Verdonk zei geen verantwoordelijkheid voor het kabinetsbesluit te kunnen nemen.
Met name CU-leider Rouvoet voerde aan dat ministers het weliswaar oneens kunnen zijn met bepaalde beslissingen maar vanwege de voorgeschreven eenheid van kabinetsbeleid steeds verantwoordelijk blijven voor alle genomen besluiten.
Volgens Rutte betekent dat in de praktijk dat de VVD-ministers loyaal zullen zijn, maar dat meer niet van hen kan worden verlangd. „Mijn partijgenoten zullen de beslissing niet tegenwerken, maar ze kunnen die tegelijkertijd ook niet voor hun rekening nemen”, zei hij.
Dat de VVD-bewindslieden hun moeite met het kabinetsbesluit naar buiten brachten, is volgens premier Balkenende goed te verdedigen. Hij wees erop dat het om een eenmalige gebeurtenis ging en dat het kabinet demissionair is. Zalm vond het passen in de moderne verhoudingen, „waarbij niet alle verschillen met een wollen deken worden toegedekt.”
Onduidelijk bleef hoe het zat met de grote juridische en praktische bezwaren die premier Balkenende eerder had aangevoerd tegen het opschorten van de uitzetting van asielzoekers. Minister Hirsch Ballin, die de portefeuille Vreemdelingenzaken van Verdonk heeft overgenomen, betoogde dat aan de opschorting risico’s zijn verbonden. Het kan een aanzuigende werking hebben, rechtsongelijkheid in de hand werken en tot aanspraken leiden. Niettemin achtte de bewindsman de risico’s verantwoord.
Balkenende maakte duidelijk dat Verdonk haar portefeuille Vreemdelingenzaken onder druk heeft afgestaan. Zelf bleef ze volhouden dat het haar eigen beslissing is geweest, omdat ze niet kan meewerken aan uitvoering van het kabinetsbesluit. „Nee mevrouw Verdonk, u mág hieraan niet meewerken”, wreef PvdA-leider Bos zout in de wonde.