Nepkoe melken in Staverden
STAVERDEN - De voormalige stal van boer Jan Overeem op landgoed Staverden is weer in gebruik. Door slechts één koe. Haar uier is van rubber. Ze geeft geen melk, maar water. Het houten dier is een van de educatieve elementen in het nieuwe bezoekerscentrum dat zaterdag opengaat.
In het nieuwe gebouw krijgt de bezoeker informatie over landgoed Staverden -tussen Elspeet en Ermelo- door middel van posters, boeken en filmpjes. Bezoekers kunnen het melken oefenen op een houten koe.Ook zijn er interactieve computerprogramma’s waarmee mensen onder andere het verhaal van gravin Leonora uit 1300 kunnen beluisteren. Volgens een legende kwijnt ze na een ongelukkige liefde langzaam weg op kasteel Staverden. Uiteindelijk sterft ze van verdriet.
Het centrum staat op de plek van de vroegere varkensschuur van boer Overeem. Hij is een van de vier agrariërs op het landgoed. Op dit moment heeft hij samen met zijn zoon een melkveebedrijf. „In die schuur hield ik altijd fokzeugen. In 1997, tijdens de varkenspest, ben ik gestopt met het houden van varkens. Het werd financieel steeds moeilijker.”
Het Geldersch Landschap zag de schuur als een geschikte locatie voor een bezoekerscentrum. Overeem stemde in met het plan van de stichting. Hij organiseerde toen al nevenactiviteiten, zoals huifkartochten, om het hoofd financieel boven water te houden. Vanaf zaterdag gaat hij de winkel bij het bezoekerscentrum beheren. „Er zijn streekproducten, zoals zwienenkeuteltjes, heidebier en honing te koop. Dat kan voor ons een leuke bron van inkomsten zijn. In de toekomst willen we ook souvenirs verkopen, bijvoorbeeld een mok met een hert erop. Dat schijnt het goed te doen.”
Directeur J. Pijl van Geldersch Landschap benadrukte tijdens de opening dat Staverden levendig moet zijn. „Een landgoed met museumfunctie gaat dood. Door een bezoekerscentrum combineren we educatieve activiteiten met natuurbeleving. Hierdoor leeft het landschap.”
Overeem is blij met zijn nevenfunctie. „Ik woon hier op het mooiste plekje van Nederland. Op deze manier kan ik, als ik gezond blijf, het hier nog jaren volhouden.”