Met olieprijzen van boven de 63 dollar per vat lijkt een nieuwe reductie volgens sommige experts niet erg waarschijnlijk. De zwakke dollar en de ruime olievoorraden van de industrielanden baren het oliekartel echter grote zorgen.De elf leden van de Organisatie van Olie Exporterende Landen komen van vandaag tot en met donderdag bijeen in de Nigeriaanse hoofdstad Abuja. De OPEC bracht per 1 november de dagelijkse olieproductie al terug met 1,2 miljoen vaten tot 26,3 miljoen vaten (van 159 liter). De eerste productieverlaging in twee jaar was volgens de OPEC nodig om de oliemarkt te stabiliseren nadat de prijs van lichte Amerikaanse olie was gedaald van meer dan 78 dollar in juli tot onder de 58 dollar in oktober.

Diverse OPEC-leden hebben zich inmiddels uitgesproken voor een extra productieverlaging met een half miljoen tot 1 miljoen vaten per dag. Het belangrijkste OPEC-lid, Saoedi-Arabië, is echter tegen een dergelijke stap. De grootste olieproducent ter wereld heeft vrede met een prijsniveau van rond de 60 dollar en wil geen verstoring veroorzaken van de economie door sterke schommelingen van de olieprijs.

De OPEC maakt zich ook zorgen over de zwakke dollar. Die staat op het laagste punt in ongeveer twintig maanden ten opzichte van de euro. Omdat de olie-exporteurs hun olie in dollars verkopen, staan hun inkomsten onder druk.

Mogelijk speelt het dollarprobleem mee in de overweging om de productie toch te verlagen. „We kunnen de extreem zwakke dollar net als andere factoren niet negeren”, aldus de Nigeriaanse OPEC-president, Edmund Daukoru. Hij liet vrijdag nog weten voorstander te zijn van een productieverlaging omdat hij een olieprijs van 63 dollar te laag vindt.

Een andere belangrijke factor die meeweegt, zijn de alsmaar stijgende olievoorraden in de Verenigde Staten en andere grote industrielanden. De voorraden stookolie in de VS staan voor dit jaargetijde op het hoogste niveau sinds begin jaren negentig.