Ach, hoeveel mensen die zichzelf bedriegen en mij tegenwoordig horen hebben nog nooit een uur aan zichzelf besteed om hun ziel eens ernstig te onderzoeken, of ze wel in de staat van de genade zijn of niet. Hoe is het mogelijk dat u zo gerust naar de eeuwigheid kan gaan? Bent u dan niet bekommerd of u wel op de rechte weg bent? O, laat u van de duivel niet wijs maken dat u als u zo blijft kunt zalig worden.Welk voornemen heeft u nu? Welke weg wilt u nu inslaan? U ziet twee wegen. U kunt ze niet tegelijk bewandelen. U moet geheel goddeloos en koud of geheel godzalig en warm zijn. Wie lauw is, dus noch koud noch heet, wil God uit Zijn mond spuwen. Overweeg nu eens aan wie u zich wilt overgeven. Terwijl het nu nog tijd is: „Ik stel u heden nog het leven en de dood, de hemel en de hel voor. Kies het leven opdat ge eeuwig leven mag”, Deuteronomium 30:19.

Caspar Alardin, predikant te Arnhem (”Aanmoediging tot het gaan door de enge poort”, 1732)