„Rehabilitatie van ds. Abma, geen revanche”
GOUDA - „De biografie ”Levend in het werk des Heeren” geeft een eerlijk beeld van ds. H. G. Abma. Mijn vader is getekend naar het leven. Daarbij gaat het om rehabilitatie, niet om het nemen van revanche.” Dat zei ds. G. H. Abma jr. woensdag bij de presentatie van het boek in de St.-Janskerk in Gouda.
De hervormd-gereformeerde ds. H. G. Abma (1917-1992) is vooral bekend geworden als voorman van de Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP). Als partijvoorzitter en als Tweede-Kamerlid droeg hij in sterke mate bij aan de professionalisering van de partij. Ook betrok hij een bredere groep hervormde kiezers bij de SGP die voorheen op de ARP was georiënteerd. Zijn opvattingen over vaccinatie, het geven van interviews voor radio en televisie, het vrouwenkiesrecht en over de samenwerking met (toen nog) RPF en GPV, leverden hem echter niet mis te verstane kritiek op uit de rechterflank van de partij.De biografie is geschreven door H. A. van Dolder-de Wit, oud-archivaris van de hervormde gemeente in Gouda. Voor het eerst wordt nu zichtbaar hoe ds. Abma in zijn binnenkamer de vreugden en het verdriet van zijn leven als mens, als predikant en als predikant-politicus beleefde. Bij het schrijven kon de auteur beschikken over de dagboeken die ds. Abma vanaf zijn zestiende jaar bijhield, een goudmijn voor een biograaf. Toch moesten veel zaken ongepubliceerd blijven, omdat ze te intiem of omdat ze te confronterend waren.
Ds. Abma jr.: „Heel zijn politieke leven was mijn vader in de ban van de achterban. Obligate opmerkingen van journalisten over zijn zwarte kleding waren niet het ergste. Uiteindelijk heeft hij stijlvol geopereerd op het Binnenhof. Hij was dominee en dat wilde hij ook zijn.
Meer problematisch was het dat hijzelf zwart werd gemaakt. Niet door de buitenwacht, maar door hen die tot zijn medestanders moesten worden gerekend. Met waardering en respect werd door anderen over hem gesproken, terwijl eigen mensen kwaad gerucht over hem verspreidden.”
Ds. Abma is daarom „dankbaar” voor het „eerlijke beeld” dat in de biografie wordt geschetst. „Het was niet zijn verlangen om met de woorden van een zeker dichter te verklaren dat hij een God was in het diepst van zijn gedachten. Wel dat hij in alle oprechtheid kon zeggen dat God dikwijls in het diepst van zijn gedachten present was. Dat is uit de biografie af te lezen: levend in het werk des Heeren. Zo is mijn vader getekend naar het leven. Daarbij gaat het om rehabilitatie en niet om revanche nemen.”
Ds. Abma gaf de SGP een suggestie mee. „Mijn vader heeft mooie dingen geschreven over theocratie als waarborg voor tolerantie. Die zijn nog steeds actueel en misschien wel meer aan de orde dan ooit. Mijn advies is: publiceer die belanghebbende stukken die ooit in De Banier hebben gestaan. De SGP zou er enig profijt van kunnen hebben. De partij kan er terecht beducht voor zijn dat ze straks met extremistische imams en boerkadragende vrouwen achter het modieuze behang wordt geplakt.”
Oud-SGP-voorzitter ds. W. Chr. Hovius en oud-Kamervoorzitter dr. D. Dolman haalden beiden herinneringen op aan ds. Abma. Ds. Hovius memoreerde onder meer hoe ds. Abma in een preek ooit de opmerking maakt dat de mens in een handomdraai wordt bekeerd. „In de verbijsterde stilte die viel hief hij langzaam een gebalde vuist op. Daarna draaide hij de geopende hand naar boven. Van verzet tegen God komt de zondaar als een bedelaar bij God. Toen de mensen dat begrepen waren ze ontroerd.”
Dr. Dolman typeerde ds. Abma als „een spreker, preker en redenaar. Hij was geen causeur en al helemaal geen kletsmajoor. De meest karakteristieke houding van hem was die van een peinzer. En was hij uitgepeinsd, dan maakte hij indruk. Abma combineerde scherpte met kalmte en miste opgeblazenheid en verveling.”
De biografie van ds. Abma werd overhandigd aan vertegenwoordigers van de vijf gemeenten die ds. Abma diende: Driesum (ds. A. J. Mensink), IJsselstein (ds. W. P. Emaus), Rotterdam-Delfshaven (ds. P. L. de Jong), Monster (A. van Vliet en L. Solleveld) en Putten (ds. G. C. Klok). Ook drs. P. J. Vergunst, algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond, en SGP-fractievoorzitter ir. B. J. van der Vlies ontvingen een exemplaar.
Onder de aanwezigen bevonden zich tal van politici van staatkundig gereformeerden huize, zoals oud-Kamerlid ir. H. van Rossum, oud-partijsecretaris en oud-burgemeester C. G. Boender, oud-gedeputeerde ir. M. Houtman en oud-Europarlementariër ir. L. van der Waal. Ook diverse predikanten gaven acte de présence.