Celmateriaal op wapen gevonden op plek andere misdaad
Celmateriaal dat is aangetroffen op het wapen waarmee Pim Fortuyn om het leven is gebracht, is aangetroffen op de plek van een andere misdaad in december 2001. Dat zei officier van justitie Plooy vrijdag tijdens de pro-formazitting van de strafzaak tegen verdachte Volkert van der G.
De officier wilde niet zeggen om welke misdaad het ging of waar die gepleegd is. Hij zei wel dat het betreffende DNA-profiel niet overeenkomt met dat van Volkert van der G.
Volgens bronnen rond het onderzoek heeft het misdrijf uit december 2001 niets te maken met moord of pogingen daartoe, maar moet het gezien worden in de categorie van vermogensdelicten. Onder deze term verstaat justitie onder meer inbraak en diefstal. De verdachte van wie het DNA-materiaal ook op het moordwapen van Fortuyn is gevonden, zou vastzitten.
„Er is nog geen enkele aanwijzing dat Van der G. bij dit delict in december 2001 betrokken is geweest”, aldus een woordvoerder van het Openbaar Ministerie.
Plooy gaf vrijdagmiddag nog een extra toelichting over deze kwestie, omdat er volgens hem reeds misverstanden over zijn gerezen in de media. „De suggestie dat Van der G. of het wapen betrokken is geweest bij een ander misdrijf, is onjuist”, aldus de aanklager. Het Nederlands Forensisch Instituut heeft gerapporteerd dat er geen schietincident bekend is, waarbij dit wapen is gebruikt.