EP kritiseert lidstaten vanwege CIA-vluchten
BRUSSEL - Een onderzoekscommissie van het Europees Parlement kritiseert veertien EU-landen omdat ze te weinig hebben gedaan tegen geheime CIA-vluchten van terreurverdachten.
Het gaat daarbij om het illegaal vervoeren van verdachten, evenals om enkele ontvoeringen van Europeanen, wat in strijd is met EU-regels en mensenrechten. De kritiek richt zich vooral op Polen en Roemenië. Het rapport „sluit niet uit” dat daar illegale CIA-kampen zijn geweest. Nederland staat niet op de lijst van bekritiseerde landen.Het conceptrapport klaagt vooral over het achterhouden van informatie door EU-landen over de vluchten en de kampen. Volgens het rapport, geschreven door de Italiaan Claudio Fava, zijn er boven Europa ten minste 1245 CIA-vluchten geweest.
Het rapport veroordeelt het buitengewone vervoer van verdachten als een „illegaal en systematisch instrument van de VS, inclusief de acceptatie en toestemming van sommige geheime diensten en autoriteiten.”
Het Parlement richt zijn pijlen daarbij op EU-terrorismebestrijder De Vries. Hij had in april gezegd dat er naar zijn weten geen CIA-vluchten boven Europa zijn uitgevoerd. „Ongeloofwaardig”, stelt het rapport, dat de vraagt oproept of de functie van De Vries moet blijven bestaan. De Vries’ baas, Javier Solana, krijgt er eveneens van langs. Het rapport noemt het verder teleurstellend dat NAVO-chef De Hoop Scheffer niet voor de onderzoekscommissie wilde verschijnen.
Het rapport concludeert dat het Europees Parlement meer controlebevoegdheden moet krijgen. Ook moeten de nationale parlementen meer controle krijgen over geheime diensten.
Europarlementslid In ’t Veld (D66) vindt dat de conclusies best scherper hadden gemogen. Zo zouden sancties tegen betrokken EU-landen moeten worden overwogen: „Het is mij glashelder dat ministers van Buitenlandse Zaken van de geheime vluchten hebben afgeweten.”