Het Plein der Martelaren komt weer van pas
BEIROET - Honderdduizenden Libanezen hebben gisteren in het centrum van Beiroet de begrafenis van de dinsdag vermoorde christelijke minister Pierre Gemayel (34) bijgewoond. Voor sommigen was het een herhaling van 14 maart 2005, de dag waarop ze droomden dat ze voorgoed van dit soort problemen verlost waren.
Van het Plein der Martelaren in Beiroet kan men de tumultueuze geschiedenis van Libanon aflezen. Toen de burgeroorlog in 1990 ten einde kwam, groeide het gras tussen de kapotgeschoten gebouwen. Het was het levenswerk van de in februari 2005 vermoorde oud-premier Rafik Hariri dat het centrum van Beiroet bijna helemaal opgeknapt is, met winkelpromenades, terrasjes en chique boetieks. Maar zijn graf en dat van de andere zes martelaren van de Cederrevolutie die onder het Plein der Martelaren zijn begraven, herinneren er permanent aan dat de andere droom van Hariri, een vreedzaam Libanon, vrij van buitenlandse bemoeienissen, nog niet is uitgekomen.„Geef me die Libanese vlag eens door”, zegt Cynthia Daher (26), „ik ben helemaal in het zwart, ik heb wat kleur nodig.” Cynthia is een vriendin van me, ze is altijd opgewekt. Maar vandaag is ze ontroostbaar. Dat komt omdat ze een maronitische christen is, zoals Gemayel, maar ook omdat ze in de klas heeft gezeten met Sami, de broer van de vermoorde minister.
„Mijn hele familie is verbonden met de Gemayels. Mijn moeder heeft Pierre zien geboren worden. En geloof mij, als ze hem de ”prins van de jeugd” noemden, was dat niet zomaar propaganda. Pierre was clean. Hij deed hard zijn best om zijn ambt als industrieminister ook echt goed te vervullen, niet zoals vele andere politici in Libanon, die alleen macht najagen. Voor veel jonge Libanezen was hij de hoop voor de toekomst. En als je kijkt naar de martelaars van de afgelopen twee jaar, zijn het altijd precies die mensen die vermoord worden.”
We staan met duizenden andere Libanezen samengepakt voor de St.-Georgeskathedraal aan het Plein der Martelaren, waar de uitvaartdienst van Gemayel wordt gehouden. De sfeer is ingetogen, zoals ook woensdag bij de wake in Bifkaya, het dorp van de Gemayels. Maar de opgekropte woede is tastbaar. „Wat staan we hier te doen? Genoeg gerouwd om Pierre Gemayel! Allemaal naar Baabda”, roept een geagiteerde man. De omstanders maken hem duidelijk dat hij moet zwijgen; de begrafenis is nog niet eens afgelopen. Maar Baabda, de residentie van de pro-Syrische president Emile Lahoud, is het woord dat op ieders lippen ligt. „We wachten op een signaal”, zegt Cynthia. „Eén woord is genoeg en we trekken allemaal naar Baada om Lahoud te doen vertrekken.”
Het is de oude Libanese politiek, en dat is niet waar de jongeren van droomden toen ze op 14 maart vorig jaar (na de moord op oud-premier Hariri, waarvoor Syrië wordt verantwoordelijk gehouden) het vertrek van de Syrische troepen begroetten met de grootste betoging in de Libanese geschiedenis. Niemand had gedacht dat ze hier anderhalf jaar later opnieuw zouden staan. En hoewel sommigen de bijeenkomst van vandaag nu al ”14 maart-bis” noemen, is er niet hetzelfde gevoel als toen.
„Het elan is weg”, zegt Cynthia, „we hadden het gevoel dat alles anders ging worden, dat we het laatste hoofdstuk in de verschrikkelijke geschiedenis van Libanon aan het schrijven waren. Maar toen kwamen er nog meer aanslagen, de oorlog met Israël, en nu weer dit. Het is allemaal te deprimerend voor woorden.”
Er is ook het feit dat de leiders van de 14 maartbeweging die de huidige regering vormen niet echt een plan bleken te hebben voor Libanon. Intern geruzie, de voortdurende corruptie en het verraad van de christelijke leider Michel Aoun, die een alliantie aanging met het pro-Syrische Hezbollah, knaagden aan de droom van 14 maart.
Cynthia’s nichtje Zeina Daher is ondanks haar 21 jaar politiek zeer betrokken. Ze nam actief deel aan de beweging van 14 maart, en ze heeft actie gevoerd met zowel Pierre Gemayel als zijn jongere broer Sami. „Het is niet zozeer dat ik hoopte dat de hele Libanese politiek na 14 maart zou veranderen”, zegt Zeina. „Maar voor het eerst was er een brede coalitie van christenen, soennieten en druzen, die allemaal dezelfde belangen verdedigden in plaats van tegen elkaar te vechten. Dat was al heel wat voor Libanon.”
Met twee blokken kun je evengoed oorlog voeren als met achttien sektes, en dat is waar Libanon nu bang voor is. Hezbollah heeft zich niet populairder gemaakt bij de christenen door woensdagavond te verklaren dat het eerder slachtoffer dan mededader was van de moord op Gemayel. Immers, vandaag had de dag moeten zijn waarop Hezbollah met zijn massamanifestatie de regering ten val zou brengen. De suggestie was: de 14 maartbeweging heeft Gemayel zelf vermoord om het straatprotest van Hezbollah in de kiem te smoren.
Niemand trekt vandaag op naar Baabda. Maar zowel Samir Geagea, de leider van de Forces Libanaises, als de vader van Pierre Gemayel, oud-president Amin Gemayel, belooft dat er binnen de kortste keren acties komen tegen president Lahoud. Met luide marsmuziek en getoeter vertrekt een stoet van auto’s in konvooi naar Bifkaya, waar Gemayel begraven wordt. Terwijl het Plein der Martelaren langzaam leegloopt, geeft Cynthia me de Libanese vlag terug. Het gerucht doet de ronde dat sjiitische milities in de stad mensen die Libanese vlaggen met zich meedroegen in elkaar hebben geslagen.