Opinie

Kloof tussen Reformatie en zending

Zending is in de Nederlandse gereformeerde traditie een historisch fremdkörper, zowel confessioneel als theologisch, zegt drs. Berend Coster. Dat leidt in de praktijk van het zendingswerk tot een latente spanning.

16 November 2006 08:47Gewijzigd op 14 November 2020 04:17
„In de praktijk van de zending wordt de kloof tussen de Reformatie en de zending ervaren als een latente spanning. Wie werkelijk zendeling wordt, wordt deel van een wereldwijde beweging met andere wortels en andere referenties dan die van de Nederlandse g
„In de praktijk van de zending wordt de kloof tussen de Reformatie en de zending ervaren als een latente spanning. Wie werkelijk zendeling wordt, wordt deel van een wereldwijde beweging met andere wortels en andere referenties dan die van de Nederlandse g

Enkele jaren geleden verbaasde een collega met wie ik sprak over zending in de Spaanstalige wereld zich erover dat in het Spaans de uitdrukking ”bekeerd worden” niet gebruikt kan worden. Iemand bekeert zich als hij bewust overgaat van ongeloof tot geloof. Voor de werkelijk levensvernieuwende genade en ervaring gebruikt het Spaans andere woorden. Misschien kunnen we het probleem samenvatten door te zeggen dat het woord ”bekering” in het Spaans vooral in missionaire zin gebruikt wordt en in het Nederlands in pastoraal-piëtistische zin.Het verschillende gebruik van het woord bekering signaleert een kloof tussen de Nederlandse kerken en het zendingswerk die dieper is dan het verschil in taal en cultuur. De Spaanse protestantse kerken zijn voortgekomen uit zendingswerk. Hun theologie en praktijk zijn doordrongen van zending. Zending is echter een historisch fremdkörper in de Nederlandse gereformeerde traditie. De Reformatie was zeer missionair, echter in pastorale en niet in apostolische zin. Slechts enkele gereformeerden kwamen ertoe -en dit mag ons verbazen- het bevrijdende Evangelie te verkondigen in gebieden die onder rooms-katholiek gezag waren gebleven. De Nadere Reformatie en het puritanisme maakten weliswaar een begin met zending, maar hun praktijk kwam niet uit de kluisters van het kolonialisme.

De echte zending begint met de Duitse piëtisten, vooral de hernhutters, en later de Angelsaksische methodisten. Wanneer aan het eind van de 18e eeuw ook in Nederland de zendingsgedachte levend wordt, is dat onder invloed van buitenlandse voorbeelden. Eerst georganiseerd vanuit zendingsverenigingen, dus interkerkelijk, en pas naderhand kerkelijk. Dit betekent dat de zending van buitenaf de Nederlandse kerken is binnengebracht.

Gemist
De historische spanning tussen de Reformatie en de zending is ook een confessioneel hiaat. De gereformeerde belijdenis heeft oog voor het universele van het heil, maar ze kent de concrete zending als opdracht van de kerk niet. Er is geen besef dat de zending aan de kerk voorafgaat. Vooral in de artikelen van de Nederlandse Geloofsbelijdenis (NGB) over de kerk en de ambten en ook in de Dordtse Kerkorde worden zending en evangelisatie node gemist. Zending is geen teken van de ware kerk en de zendeling en evangelist bekleden geen ambt. Illustratief is dat een Amerikaanse kerk in 1842 een hoofdstuk over zending toevoegde aan de Westminster Confessie.

Het confessionele hiaat heeft duurzame gevolgen gehad voor de gereformeerde traditie. Er ontstond een bevindelijke theologie, in haar zuivere gestalte zeer pastoraal, maar door het ontbreken van een eigen zendingsvisie steeds geneigd tot individualisme en separatisme. Een voorbeeld hiervan is reeds genoemd: het begrip bekering heeft in het Nederlands zijn missionaire betekenis verloren. Verder blijkt uit de titel zendingspredikant dat zending nog steeds geen ambtelijke status heeft. Het ambtelijk gezag wordt toegekend aan het predikant-zijn, en niet aan de uitzending. Zelfs de Hervormde Kerkorde van 1951 rangschikt, ondanks de nadruk op het apostolaat, de zending, als ze niet door een predikant geschiedt, onder de ”bedieningen” zonder ambtelijk -van God gegeven- eigen gezag. Dit betekent dat de zendeling altijd handelt op ambtelijk gezag van anderen.

Tussen de Nederlandse gereformeerde traditie en de zending is ook een verschil in theologisch accent. De gereformeerde theologie is naar haar aard theocentrisch en theocratisch. Christus is Middelaar, door Wie wij met God verzoend worden. De zending is echter naar haar aard christocentrisch. De zendeling weet zich geroepen door de Heere Jezus: Gaat dan heen… Zijn gehoorzaamheid is geen wettische, maar een evangelische. En zijn taak is evangelisatie, prediking van het Evangelie, de verkondiging van Christus. Een zeer primaire verkondiging van Christus. En tegelijk kerkstichting en (her)kerstening. Geen van deze taken kan anders dan christocentrisch gestalte krijgen.

Improviseren
In de praktijk van de zending wordt de kloof tussen de Reformatie en de zending ervaren als een latente spanning. Wie werkelijk zendeling wordt, wordt deel van een wereldwijde beweging met andere wortels en andere referenties dan die van de Nederlandse gereformeerde traditie. Hij staat voor uitdagingen en vragen waarin de gereformeerde traditie niet voorziet. Hij moet regelmatig improviseren. Daardoor loopt hij het gevaar van eclecticisme en pragmatisme. In het beste geval treedt een verdubbeling op van zijn identiteit, waardoor hij de hoofdzaken van beide tradities naast elkaar kan beleven.

De latente spanning kan oorzaak zijn van veel problemen. Ze kan verhouding tussen zendingsbesturen en -werkers verstoren, de zending zelfs verlammen. Ze kan echter ook vruchtbaar zijn als de zending wordt gedwongen om haar christocentrische praktijk in theocentrisch/theocratisch perspectief te zien. Anderzijds ook als deze spanning de zendende kerken dwingt om de zending scherper en praktischer te begrijpen vanuit de christologie, de pneumatologie, zelfs de eschatologie en de geschiedenis, maar vooral vanuit de ecclesiologie.

Dit alles ook met het oog op de tijd. Het Evangelie bereikt de einden der aarde, maar zending gaat door. De zending keert zelfs terug naar Europa, naar een eertijds gekerstende wereld. Daardoor zal de kerk in eigen omgeving meer missionair moeten worden, en zal zending steeds dichter bij de kerk, als het ware om de hoek van de kerk, gestalte krijgen. Theologie zal zendingstheologie moeten worden.

De auteur is predikant binnen de Iglesia Reformada in Mataró, Spanje, uitgezonden door de Spaanse Evangelische Zending (SEZ). Dit artikel is een bewerking van de bijdrage van de auteur aan het symposium ter gelegenheid van het afscheid van drs. G. Nieuwenhuis als algemeen secretaris van ZGG.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer