PKN-rapport breekt met protestantse ambtsvisie
In het PKN-rapport ”Pastor in beweging” wordt de predikant manager. Daarmee breekt het met de Reformatie, druist het in tegen alles wat protestants is en ontneemt het gemeenteleden hun gelijkwaardigheid ten opzichte van hun pastor, stelt ds. Cees Vogelvanger.
Het rapport ”Pastor in beweging” houdt de protestantse gemoederen flink bezig. Vandaag valt de eerste beslissing op hoofdlijnen. Wordt het rapport richtinggevend voor de toekomst van het beleid van de Protestantse Kerk in Nederland, of geeft de synode de commissie de opdracht haar huiswerk beter te doen? Dit laatste zou mijn stellige voorkeur hebben. Ingrijpende wijzigingen als dit rapport verdienen het om goed doordacht te worden. Niet alleen financieel, maar ook theologisch-inhoudelijk. En dat laatste -hoe frappant ook voor een kerkelijk rapport- ontbreekt van het begin tot het eind.De afgelopen weken is het rapport logischerwijs op het meest in het oog springende punt aangevallen en verdedigd, namelijk op het opleidingsniveau van de predikant dan wel pastor. Dat deze discussie met name gevoerd wordt door mensen vanuit de beroepsgroep zelf, mag geen verrassing heten. Toch verbaast het mij dat kerkelijke gemeenten niet ook zelf op de barricades springen. Het gaat voor hen in de eerste plaats misschien niet eens om de academische of de hbo-pastor, maar wel om wíé de leiding heeft in de gemeente.
Manager
Dé kerntaak van de pastor nieuwe stijl zou volgens het rapport moeten zijn: „het leidinggeven aan de gemeente als onderdeel van heel de kerk, op het gebied van visie en missie, en het leidinggeven op het gebied van organisatie en/of uitvoerende taken.” Deze leidinggevende taak is ook het differentiërende element binnen de ene beroepsgroep van pastores m/v die het rapport beoogt. Vrij vertaald: de pastor wordt manager.
Als gemeentelid van een PKN-gemeente zou ik hierom op de barricades springen. Hier wordt gebroken met de Reformatie, dit druist in tegen alles wat protestants is en ontneemt gemeenteleden hun gelijkwaardigheid ten opzichte van hun pastor! In de protestantse kerk is leidinggeven alleen daar mogelijk waar de drie ambten van ouderling, diaken en predikant aanwezig zijn. Met andere woorden: leidinggeven is sinds de Reformatie tot nu toe principieel voorbehouden aan de kerkenraad. De predikant maakt ’slechts’ als een van de drie gelijkwaardige ambten deel uit van die kerkenraad. Niet van bovenaf, maar van onderop worden de beslissingen genomen en wordt er leidinggegeven.
Hiermee is de theologische notie „opdat niet het ene ambt over het andere, de ene ambtsdrager over de andere, noch de ene gemeente over de andere heerse, maar alles wordt gericht op de gehoorzaamheid aan Christus, het hoofd van Kerk” in beleid omgezet (kerkorde artikel VI, 1). Dat lijkt me binnen de PKN de juiste volgorde van redeneren, en niet andersom.
Een levende kerk weet zich aan te passen aan de eisen van de tijd. Echter, een levende kerk gaat ook het gesprek aan met haar theologische traditie, en niet alleen met managementtheorieën.
De auteur is predikant van de hervormde gemeente Grijpskerk e.o. en schrijft dit artikel namens de werkgemeenschap classis Westerkwartier van de PKN.