„Reken serieus met honderden doden”
NIJKERK - Nederland moet bij een terreuraanslag ernstig rekening houden met honderden doden. „Laten we daar gewoon eerlijk over zijn.”
De Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR) bestaat vijf jaar. Twee dagen lang vieren de spuitgasten een feestje in Nijkerk. En beraden zich op een ongewisse toekomst. „De brandweer staat op een kruispunt”, zegt NVBR-voorzitter Don Berghuijs, voorheen brandweercommandant en nu hoogste baas van de veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. De huidige 470 gemeentelijke brandweerkorpsen overgaan naar 25 veiligheidsregio’s. De lokale brandweerbonzen verdwijnen, de brandweervrijwilligers gaan over naar de regio.Hoe is het met de brandweer in Nederland gesteld?
„Onze brandweerzorg bevindt zich op een behoorlijk niveau. De complexe maatschappij stelt echter steeds hogere eisen. De brandweer is goed voorbereid op klassieke rampen. De vraag is of de brandweer ook is berekend op terreuraanslagen, pandemieën, grootschalige stroomstoringen, infectieziekten, verstoringen van de voedselketen.”
Is Nederland goed voorbereid op terreur?
„We moeten eerlijk zijn. Een terreuraanslag in de metro van Rotterdam kan honderden levens eisen. Bij een aanslag in de spits willen 2000 mensen tegelijk zo’n metrostation uit, terwijl de brandweer naar binnen wil. Tegen de tijd dat wij naar binnen kunnen, is de temperatuur in de metrobuis zo hoog opgelopen dat er weinig slachtoffers meer kunnen worden gered. Dat moeten we in alle openheid communiceren, zonder onrust te creëren.”
Jaagt u met zulke uitspraken geen angst aan?
„We moeten realistisch zijn.”
Na iedere ramp -Enschede, Volendam, cellencomplex Schiphol- eist de politiek actie. Kan de brandweer zich ontworstelen aan de grillen van politici?
„Ik pleit voor een beleidsinterbellum. De politiek zou na het verschijnen van een onthutsend rapport over een schokkende gebeurtenis een halfjaar lang geen nieuw beleid moeten formuleren. Dat geeft ruimte voor reflectie. Het veiligheidsbeleid is nu sterk incidentgericht.”
Kan de brandweer voldoen aan alle aangescherpte politieke eisen?
„Nee. We hebben structureel 150 tot 200 miljoen euro extra nodig.”
Dat geld is er nu niet. Welke consequenties heeft dat?
„Binnen de brandweer ligt een heleboel onafgemaakt werk. Als we ineens veel nieuwe dingen moeten oppakken, moeten we de zaken waar we mee bezig zijn laten liggen. Kijk, de brandweer beschikt over een groot plichtsbesef, waardoor we proberen alles te doen. Daardoor wordt de sector kwetsbaar. De brandweer moet leren grenzen te stellen.”
De brandweer staat op een kruispunt?
„De brandweer is nu verantwoordelijk voor rampenbestrijding. Bij de moderne crisisbeheersing krijgen ook waterschappen, milieudiensten en defensie een belangrijke rol. De vraag is of crisisbeheersing een autonome taak van de brandweer is of een multidisciplinaire taak van de veiligheidsregio. Kies je voor rood of voor paars?”
Waar gaat uw voorkeur naar uit?
„Paars. Moderne crisisbeheersing is eigenlijk een nieuwe professie. Rampenbestrijding is niet langer een specifieke taak van de brandweer, maar van samenwerkende organisaties, brandweer, politie, ambulancediensten, waterschappen, defensie.”
Zijn de 25 veiligheidsregio’s straks voldoende uitgerust voor hun taak?
„Nederland kent een complexe juridische, bestuurlijke structuur. In tijden van crisis hebben wij echter behoefte aan eenvoud, aan een robuuste structuur. De terreurdreiging vraagt om soepele mogelijkheden tot opschaling. De regio’s zouden naar mijn idee een door de kroon benoemde ”veiligheidsgraaf” moeten krijgen met vergaande bevoegdheden.”
Op dit moment ontbreken deze zaken. Wat zijn de consequenties daarvan?
„In Nederland zal het altijd een beetje fout blijven gaan.”
Veel plaatselijke vrijwilligers voelen niets voor de regio.
„De angst daarvoor is niet terecht. Er zit veel emotie bij. Alleen de aansturing vindt straks vanuit de regio plaats. De branden blijven in het dorp, de brandweer blijft in het dorp en de vrijwilliger blijft in het dorp. Door de komst van de veiligheidsregio verbetert de brandweerzorg alleen maar.”