Opinie

Internet bepaalt verkiezingen niet

Maakt internet de politieke partijen overbodig? Onzin, stelt prof. dr. Henri Beunders. Juist politici die ernst en rust uitstralen en zich niet nerveus laten maken door de media zijn degenen die voorzien in dé behoefte van dit moment.

9 November 2006 11:48Gewijzigd op 14 November 2020 04:16
„De overschatting van de media is een plaag die nu al jaar en dag Nederland teistert. De politici laten zich er enorm nerveus door maken, de journalisten vinden het heerlijk, want dat streelt hun ego. En de wetenschappers doen er naar hartenlust aan mee
„De overschatting van de media is een plaag die nu al jaar en dag Nederland teistert. De politici laten zich er enorm nerveus door maken, de journalisten vinden het heerlijk, want dat streelt hun ego. En de wetenschappers doen er naar hartenlust aan mee

De doorsneepoliticus komt meestal net iets later achter de dingen dan een doorsneemens die gewoon om zich heen kijkt in de echte werkelijkheid en aan mensen vraagt wat ze nu zoal doen met al die media. En vooral: waarom, en welk plezier ze eraan beleven. En waardoor ze, in verkiezingstijd, hun stem nu eigenlijk laten bepalen: door hun afkomst, door hun vriendenkring, door hun eigen opgedane overtuigingen, door hun gevoel, of door een vluchtige, intuïtieve indruk die ze vormen op basis van allerlei indrukken.Ik laat dit soort onderzoekjes graag doen door mijn studenten, en ik leg zelf mijn oor altijd te luisteren, waar ik ook ben. Waarbij geldt: antwoorden zijn even belangrijk als geen antwoorden. En dan komen we toch weer uit bij zeer oude waarheden. Die zijn -de Amerikaanse Congresverkiezingen hebben het weer bewezen- meestal vrij simpel: Eén: tijd, boodschap en persoon zijn (in deze volgorde) de drie elementen die moeten samenkomen wil een leider succes kunnen hebben. Twee: de behoefte bepaalt meer het charisma dan andersom. Drie: arrogantie wordt altijd afgestraft. Vier: „The media is not the heart of the matter.”

Uiteindelijk wordt de grondstroom bepaald door de algehele sfeer, of we die nu ”Zeitgeist” of ”Winds of Change” noemen. En in die grondstroom zijn slechts enkele gevoelens dominant, anders is het ook geen grondstroom. In Amerika was het in 2000 ”The Cultural War” en de religieuze zorg over de verloedering na ”The Sixties”; in 2004 domineerde daar de emotie van de angst na 9-11. Nu, 2006, domineerden de ontgoocheling over Irak, de corruptieschandalen en de wat inzakkende economie.

Aanvullend
Dus, internet maakt de politieke partijen helemaal niet overbodig, zoals NWO-onderzoeker Marcel Boogers eind 2002 voorspelde. Internet/ict is aanvullend op radio en tv. Internet/ict mobiliseert, is interactief en zamelt geld in, terwijl de massamedia publiceren en zorgen voor de gemeenschappelijkheid, het collectieve gevoel.

Natuurlijk, internet geeft de partijen allerlei mogelijkheden van free publicity, zoals de rap van oud-minister Donner. Deze clip, die de mensen elkaar mailen als kantoorhumor, werd een hit, en dat kost de partij niks. Zo is Nederland nu vergeven van de webloggende, webcammende, podcastende en sms’ende politici.

Zou het helpen? Ik geloof er niks van. Als het zo gemakkelijk zou zijn, waarom staat D66 dan op nul zetels in de peilingen? Die partij heeft dezelfde soort website als menig andere partij. En dat is al het eerste nadeel: de techniek en de commercie doen alles op elkaar lijken. Je moet dus toch weer gewoon geniaal zijn om iets echt oorspronkelijks te bedenken. Of de juiste boodschap hebben, in de juiste tijd, door de juiste persoon gebracht.

De nadelen van internet campaigning zijn nu in de VS al duidelijk zichtbaar: het googelen maakt het mogelijk alle denkbare privégegevens van zowel kiezers als politieke tegenstanders op te zoeken, en er gebruik van te maken, bij het telefonisch werven en bij het belasteren van de tegenstander. De huidige lolligheid in Nederland kan dus snel over zijn.

Overschatting
Intussen is de overschatting van de media een plaag die Nederland nu al jaar en dag teistert. De politici laten zich er enorm nerveus door maken, de journalisten vinden het heerlijk, want dat streelt hun ego. En de wetenschappers doen er naar hartenlust aan mee, dan kunnen ze heerlijk blijven tellen en turven en analyseren, en zo geldstromen genereren voor hun vakgroep - en media-aandacht voor hun publicatie is gegarandeerd.

In werkelijkheid is de kiezer veel minder voorspelbaar dan vele opiniepeilers en politicologen dachten. Iemand die dat nu, eindelijk, ruiterlijk toegeeft, is hoogleraar politicologie Kees Aarts, die deze maand in het blad Hypothese ronduit zegt dat het kiezersonderzoek in een crisis is terechtgekomen.

Eén voorbeeld. De non-respons werd simpelweg genegeerd. Bij het Nationaal Kiezersonderzoek van 2002 -het interessantste sinds 1945!- wilde bijvoorbeeld maar liefst 70 procent niet meewerken.

Pim Fortuyn is ook een goed voorbeeld als het gaat om mijn stelling ”tijd, boodschap, persoon”, en om internet. Hij schreef al tien jaar columns en boeken, reisde al tien jaar het hele land door en kwam al jaren elke zondag bij Harry Mens op de tv. Alleen was dat geheel buiten het zicht van ’de kwaliteitskranten’. Zijn handvol vrijwilligers maakte vanaf februari 2002 uit nood -veiligheid- alleen nog gebruik van internet, terwijl de fans zelf voor vele sites zorgden. Zo gierde Fortuyn via internet door het land. Dat was ongepland en spontaan.

Zoiets is moeilijk te plannen en te herhalen. Maar iedere partij denkt nu dat ze niet kunnen achterblijven. Het zijn generaals die zich voorbereiden op de vorige oorlog.

Dat wil niet zeggen dat internet geen extra zetje kan geven aan een toch al goede campagne. Dat bewijst de SP. Maar de kern wordt hier toch gevormd door de tijd (turbokapitalisme), de boodschap (eigen welvaartstaat eerst) en de persoon (Marijnissen).

Rust
In alle opwinding van nu zijn de politici die ernst en rust uitstralen degenen die voorzien in dé behoefte van dit moment, na de vermoeiende jaren van -ja, inderdaad- de internetrevolutie, en na de jaren van turbokapitalisme, terrorisme en afslanking van de welvaartstaat. Zoals CU-leider Rouvoet, totdat hij voor die windmachine ging staan misschien. En Balkenende -hoezeer die ook meedoet in het digitale circus-, die nu rust belooft.

Het gerucht gaat dat het CDA tegen het einde van de campagne een heel tv-reclameblok wil opkopen en vullen met ”rust”. Daarna de mededeling: „Dit politiekvrije blok werd u aangeboden door het CDA.” Dat lijkt me geniaal. Dat is tijd, boodschap en persoon in één. Nou ja, persoon… Tegenover al die lollige internetclips zou een videoclip van een openhaardvuur nog beter passen bij de grondstroom van de huidige ”Zeitgeist”.

De auteur is hoogleraar geschiedenis van maatschappij, media en cultuur aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer