„We bidden meer dan we danken”
GORINCHEM - Dankdag voor gewas en arbeid. Wat betekent dat voor jongeren? Vier scholieren van de Gomarus Scholengemeenschap in Gorinchem vertellen wat deze dag voor hen inhoudt.
Corrie Vreeken (17), Werkendam
„Afgelopen zaterdag heb ik al een dankdagdienst bijgewoond, omdat er op die avond een predikant in onze gemeente kon komen. Toch is daarmee dankdag voor mij niet voorbij. Vandaag hoop ik weer naar de kerk te gaan. We kunnen nooit te veel danken. Alleen al als je elke dag in de krant leest hoeveel ongelukken er gebeuren en dat wij elke dag worden bewaard door de Heere God. Eigenlijk moeten we elke dag dankdag houden. Toch is het goed dat er een speciale dankdag voor gewas en arbeid is. Zo worden we er nog eens extra op gewezen hoe goed God voor ons zorgt.”Theo Dorst (17), Heukelum
Het is goed dat er een dank- dag is, zo word je er nog eens extra bij stilgezet dat we moeten danken. Waarvoor? De welvaart waarin we leven. Dat we veel hebben gekregen. We schieten in ons danken vaak tekort tegenover God. Het is heel vanzelf- sprekend geworden dat de Heere God voor ons zorgt. Op dank- dag ga ik twee keer naar de kerk. In m’n ochtend- en avondgebed dank ik die dag wel meer dan gewoonlijk. Maar verder bereid ik me er niet op voor met bijvoorbeeld een extra Bijbelstudie.”
Gerdien de Jager (16), Sliedrecht
„Gek is dat, we bidden veel meer dan we danken. Ten- minste, zo ervaar ik dat. Vaak bid je ’s ochtends om bewaring maar dank je aan het eind van de dag God niet eens dat Hij je voor ongelukken heeft bewaard. Daarom is het goed dat dankdag bestaat. Zo kun je samen met de gemeente God tijdens de kerkdienst danken voor alle gaven. Natuurlijk moet het ook persoonlijk. En dan kan het voor van alles zijn, zelfs voor een goed cijfer. God geeft daarvoor de talenten en de mogelijkheden.”
Henri Spaan (17), Sliedrecht
„In vergelijking met de rest van de wereld leven we in een bevoorrechte situatie. We kunnen naar school en hoeven ons niet druk te maken om de vraag of we vandaag wel te eten hebben. Er is dus reden genoeg om elke dag te danken. Dat het dankdag voor gewas en arbeid is, wist ik vroeger niet eens. Dat danken voor het gewas telt nu minder dan vroeger: de oogst is eigenlijk nooit voorbij. Toch is het goed dat we een keer een speciale dankdag hebben. Het gaat om het principe. Vandaag ga ik naar de kerk. Het is goed dat we als gemeente bij elkaar komen om de Heere God te danken voor alles.”