Binnenland

Koning Abdullah leert moslims een lesje

AMSTERDAM - Vijf toespraken in drie dagen. Geen geringe opgave. Toch lijdt de boodschap van koning Abdullah er niet onder. „Moslims moeten zich onderwerpen aan de wetten in het land waarin ze leven.”

1 November 2006 11:32Gewijzigd op 14 November 2020 04:14

Het waait stevig. Tussen een paar regenbuitjes door laat de zon zich even zien. Koning Abdullah II van Jordanië maakt tijdens zijn driedaags staatsbezoek kennis met typisch Hollands herfstweer. Veel tijd om erbij stil te staan heeft hij niet. Het programma staat bol van de speeches.De rode loper over de Dam bobbelt op in de wind. Links en rechts staan militairen strak in het gelid. Het 42e tankbataljon Regiment Huzaren Prins van Oranje vormt een erewacht. Achter de hekken drommen honderden nieuwsgierigen samen. Onder toeziend oog van premier Balkenende en burgemeester Cohen legt de koning een krans bij het Nationaal Monument. Zijn vrouw, koningin Rania, moet het laten afweten door een gebroken enkel. Lopen is dan lastig.

De burgemeester voert de koning en zijn gevolg aansluitend mee naar het stadhuis. Abdullah II mag daar zijn derde en belangrijkste rede houden, de eerste toespraak van een staatshoofd in de raadzaal van Amsterdam. Geboeid luisteren honderden genodigden, vertegenwoordigers van islamitische, joodse en christelijke organisaties. Rechts achter zit een groene generaal met een rood-wit geblokte Arafatdoek.

Iedere vorm van geweld die uit naam van religie wordt gepleegd, moet worden verafschuwd, betoogt de Jordaanse vorst. De relatie tussen moslims en niet-moslims staat onder druk. Schoolkinderen zijn volgens hem „doelwit van hen die proberen een nieuwe generatie over te halen tot extremisme, angst en achterdocht.”

In Europa zijn moslims vrij hun godsdienst te beoefenen en hebben ze gelijke rechten. Volgens de islamitische wetten, zegt Abdullah, moeten moslims zich in zulke landen onderwerpen aan de wetten van het land waarin zij wonen. „Iemand hoeft zijn identiteit als moslim niet op te geven om een goed burger te zijn, en ook hoeft hij zijn goed burgerschap niet op te geven om een goed moslim te zijn.”

De Hashemitische koning benadrukt het belang van verdraagzaamheid en dialoog tussen moslims en niet-moslims, daarbij verwijzend naar de gezamenlijke monotheïstische erfenis van jodendom, christendom en islam. Opvallend genoeg in deze volgorde.

Rabbijn R. Evers toont zich in het stadhuis verrast. „Zo’n opsomming van wereldgodsdiensten is niet toevallig gekozen.” Volgens de rabbijn bewijst dit „het open vizier” van de Jordaanse vorst richting jodendom. „Misschien niet per se naar de staat Israël, maar toch wel naar het jodendom.”

Het vorstenpaar krijgt van burgemeester Cohen een replica mee van het VOC-schip Batavia. Premier Balkenende kijkt tevreden toe. Heeft blijkbaar toch iemand zijn boodschap over een VOC-mentaliteit begrepen. Koningin Rania heeft zich inmiddels bij het gezelschap gevoegd. Voetje voor voetje daalt ze langs de leuning de lange trap in het stadhuis af. Haar man loopt druk pratend vooruit.

De strak in het pak gestoken koning verraadt uiterlijk niets van zijn islamitische afkomst. Eén keer citeert hij een uitspraak van Mohammed. „Vrede en zegeningen zijn op hem.” Ook de koningin -lange broek, kort jasje, chique haarband- zou zo weggelopen kunnen zijn uit een glossy magazine van een duur Frans parfummerk. Hoofddoeken of boerka’s komen in haar garderobe niet voor.

Onder zwaar politie-escorte rijden de hoge gasten terug naar Den Haag. De windmolens langs de A4 draaien op volle toeren, op het Binnenhof wapperen een Nederlandse en een Jordaanse vlag. In de Ridderzaal wacht een banket met -hoe kan het ook anders- een nieuwe toespraak. Abdullah blijft boeien. Aansluitend vertrekt het gezelschap naar het Vredespaleis. De vorst en de vorstin wonen daar in de Grande Salle de Justice een zitting bij van het Internationaal Gerechtshof. En de koning mag nog een rede houden. De laatste.

Abdullah en Rania hebben vandaag een bezoek aan de windtunnels van het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium in Marknesse, het Nieuw Land Erfgoedcentrum en de Bataviawerf in Lelystad gebracht. Als klap op de vuurpijl kreeg de koning een rondleiding bij sportwagenfabrikant Spyker. Abdullah en premier Balkenende hebben minstens één ding gemeen: hun interesse voor snelle auto’s.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer