„Zou het zendingswerk ijdel zijn?” vroeg de Urker predikant. „Het is waar, de Heere wil middellijk de zending zegenen, maar op zichzelf genomen is er geen enkele verwachting. Het welbehagen des Heeren zal echter gelukkiglijk voortgaan. Daarin ligt de zegen voor de zending. Dat betekent dat de mens erbuiten valt.”

Ds. A. van Heteren sprak over het zendingsbevel uit Matthéüs 28:18-20. „De Heere zegt: Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde. Alle macht wil zeggen dat de Zaligmaker de bevoegdheid en het vermogen heeft om mensen zalig te maken. Daarom zal het werk niet ijdel zijn. De mens wil zelf meewerken. De Heere komt dat af te breken. Als de Heere gaat spreken, zal blijken dat Hij alle macht heeft. Heeft de Zaligmaker geen doden opgewekt tijdens Zijn omwandeling op aarde? De mens is vijandig dood, dat wil zeggen: er is enkel verzet tegen de leer van vrije genade. Al deze zaken dienen door te klinken op het zendingsveld in Zimbabwe.”

Ook A. van Voorden, kandidaat bij de Gereformeerde Gemeenten in Nederland, voerde het woord. De aankomende predikant sprak uit Handelingen 10:15b: „Hetgeen God gereinigd heeft, zult gij niet gemeen maken.” Hij wees erop dat de Heere Petrus onderwijs gegeven heeft toen deze het linnen laken met de dieren erin zag. „Dit laken wijst op de oorsprong van de kerk. De Heere maakt plaats voor Zichzelf. Zoals de Heere hier Zijn volk bekeert, zo doet Hij het ook in Zimbabwe.” Kand. Van Voorden benadrukte hoe nodig het is „dat we mogen beleven wat we anderen voorhouden. Dan moeten we zo vaak met al het onze overboord.”

Na de middagpauze sprak ds. W. Roos, hervormd predikant te Doornspijk, over Handelingen 2:40. „Wat is God oneindig goed dat Hij met zo’n wederhorig kroost doorgaat. Dat Zijn Woord doorgang kan vinden. God, Die groot is in barmhartigheid, heeft redenen gevonden in Zichzelf. Vindt u het niet een wonder dat u nog woorden mag horen? Wat hebt u daarmee gedaan? „Wordt behouden van dit verkeerd geslacht.” Dat verkeerde geslacht zijn ook de godsdienstige mensen. Bent u al eens ooit van de hemel overtuigd van dat verkeerde geslacht? Heeft de Heere u er al eens aan ontdekt dat u zondaar voor God bent? Om behouden te worden, moet je behouden worden van jezelf. Als je dan toch moet worden wat je bent, dan gaat u als eerste tot het verkeerde geslacht behoren. Dan hebben we maar één ding te wachten, dat is het effen recht des Heeren.”

Na de vertelling voor de kinderen over de geloofsvervolging in China hield ds. T. Klok, predikant van de oud gereformeerde gemeente in Nederland te Urk, de slottoespraak. Hij sprak over de droefheid naar God. „De droefheid naar God trekt altijd op God aan. Uit het eeuwig welbehagen vloeit vandaan dat een deel van het menselijke geslacht bij God terecht mag komen. Degenen die deel zullen krijgen aan dat voldoenende werk zullen hier in de tijd opgezocht worden. Bekeren is eigenlijk terugkeren naar God. Alle ware bekeerden worden getrokken met koorden van liefde. Dan leren we kennen dat we een vijandig bestaan hebben. Als God begint, krijg je met God te doen. Ik geloof dat de christenen die het meest bedroefd over de aarde gaan, de gezondste christenen zijn. De beginselen van de zaligheid zijn dat we God liever leren krijgen dan onszelf. Hier blijft het een ellendig volk”, zo besloot ds. Klok de zendingsdag.