Dit is donderdag bekendgemaakt door de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW).Volgens HRW zijn ten minste drie Israëliërs gewond geraakt doordat zij op 25 juli werden getroffen door projectielen van een clusterbom die belandde tussen drie woningen in het dorp Maghar in Galilea. De in New York gevestigde organisatie en de Verenigde Naties beschuldigden eerder Israël ervan zo veel clusterbommen te hebben afgevuurd dat ten minste 4 miljoen projectielen op Libanees grondgebied belandden.

Volgens het HRW-rapport gebruikte Hezbollah 122 mm-raketten, type-81, van Chinese makelij. Het is „het eerste bevestigde gebruik van dit speciale model clustermunitie ergens ter wereld”, stelt de organisatie. HRW zegt niet te weten hoe en wanneer Hezbollah de wapens heeft verkregen.

In het rapport worden ooggetuigenverslagen vermeld van inwoners van Maghar die zeggen dat het dorp werd getroffen door tien tot twaalf raketten. Ten minste een van de raketten zou clustermunitie hebben bevat.

Volgens een Israëlische politiewoordvoerder belandden in de oorlog, die duurde van 12 juli tot 14 augustus, 113 clusterbommen in Israël. Een clusterbom kan 200 tot 600 projectielen bevatten en een voetbalveld ’schoonvegen’. Het wapen wordt doorgaans ingezet tegen tanks en militairen of om een vliegveld te vernietigen.

HRW zei eerder dat Israël ten minste dertig Libanese dorpen en steden met clusterbommen bestookte. Veel projectielen explodeerden niet en bleven na het bestand van 14 augustus achter. Sindsdien kwamen bij explosies van clusterprojectielen twintig Libanese burgers om het leven en raakten 120 gewond, aldus HRW.

Explosievendeskundigen van de VN zeggen dat mogelijk nog een miljoen niet ontplofte projectielen in Zuid-Libanon liggen. Volgens de actiegroep Landmine Action komen dagelijks drie tot vier Libanese burgers om het leven of raken gewond als gevolg van door Israël afgevuurde clusterbommen.

De groep wijst erop dat de niet-ontplofte munitie de hulpverlening en het wederopbouwwerk in Zuid-Libanon ernstig hindert. Ook zijn uitgestrekte landbouwgebieden in het zuiden met projectielen bezaaid, waardoor in veel streken gewassen als tabaksplanten, tarwe en fruit niet kunnen worden geoogst.

Israëlische vluchten boven Libanon schenden intussen het staakt-het-vuren met Hezbollah. Dat heeft de opperbevelhebber van de VN-vredesmacht in Libanon, generaal Alain Pelligrini, gisteren gezegd. Als diplomatieke pogingen om de vluchten stop te zetten geen effect hebben, zal de VN-macht het gebruik van geweld overwegen, waarschuwde hij.

Voordat de VN-macht zijn antivliegtuigraketten kan inzetten, moet daarvoor toestemming worden verleend. De raketten dienen momenteel uitsluitend voor zelfverdediging. Volgens Israël zijn de vluchten boven Libanon geen schending van het staakt-het-vuren, dat een einde maakte aan ruim een maand strijd tegen de Libanese guerrillabeweging Hezbollah.

De Israëlische minister van Defensie Amir Peretz zei eerder deze week al dat Franse vredessoldaten met geweld hadden gedreigd als Israël het Libanese luchtruim blijft schenden.