Zweedse minister stapt na acht dagen al op
STOCKHOLM (AP) - De Zweedse minister van Handel, Maria Borelius, heeft zaterdag haar functie neergelegd, nauwelijks acht dagen nadat zij in het nieuwe centrumrechtse kabinet van premier Fredrik Reinfeldt was aangetreden.
Borelius (46) was in opspraak geraakt door onthullingen dat zij lange tijd zwart een kinderoppas in dienst had. Zij maakte de zaak nog erger door te verklaren dat zij een legale oppas niet kon betalen. Uit belastingaangiften van Borelius en haar man is inmiddels gebleken dat ze niet alleen een inkomen hadden van een paar maal modaal, maar ook nog een buitenhuis ter waarde van omgerekend ruim 700.000 euro. Dat huis staat bovendien op naam van een bv op het eiland Jersey, waardoor er geen Zweedse eigendomsbelasting over betaald hoeft te worden.Borelius zei in een verklaring dat zij behalve het ministerschap ook haar parlementszetel opgeeft, omdat de druk van de media op haar gezin, vrienden en zelfs haar buren „een normaal leven onmogelijk maakt.” Eerder zaterdag zei Reinfeldt al dat Borelius niet kon aanblijven. Hij nam een deel van de schuld op zich, „aangezien ik iemand heb aangesteld op wie later een en ander viel aan te merken.”
Volgens Reinfeldt hoeft de affaire geen gevolgen te hebben voor de coalitie van vier partijen. „Het zou verkeerd zijn te denken dat de berichten van de afgelopen dagen beslissend zullen zijn voor het beleid van de alliantie.”
Behalve Borelius staat ook minister van Cultuur Cecilia Stego Chilo onder druk om af te treden. Zij heeft toegegeven dat zij zestien jaar lang geen omroepbijdrage heeft betaald. De verplichte omroepbijdrage van omgerekend 160 euro per jaar is de belangrijkste bron van financiering voor de Zweedse publiek omroep, waar Stego Chilo nu als minister verantwoordelijk voor is.