SCP: Beleid grote steden voldoet niet
DEN HAAG (ANP) - Plannen om de leefbaarheid in de grote steden op te krikken, zouden zich meer moeten richten op het wegwerken van achterstanden bij bepaalde bevolkingsgroepen.
Dat staat in studies van het Ruimtelijke Planbureau (RPB) en het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) die donderdag verschenen. Beide planbureaus concluderen dat het huidige beleid, dat loopt tot 2009, zijn beste tijd achter zich heeft.Met de steden gaat het weliswaar beter sinds 1994, toen het zogeheten grotestedenbeleid werd ingevoerd, maar dit is echter slechts voor een deel aan het beleid te danken, aldus de studies. De verschillen tussen de bevolkingsgroepen groeiden ondertussen alleen maar.
Het RPB noemt stoppen met het beleid een serieuze optie. Als het wordt doorgezet, zou het zich weer moeten richten op het wegwerken van achterstanden. Daar was het aanvankelijk ook om te doen.
Minister Nicolaï (Bestuurlijke Vernieuwing) pleitte onlangs al voor een minder grote rol van het Rijk bij het oppoetsen van de grote steden. Gemeenten zouden vrijer moeten zijn in de besteding van dit geld.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) benadrukt in een reactie dat het Rijk vooral geld moet blijven stoppen in de grote steden. Op de Haagse plannen mag dan wel het nodige aan te merken zijn, volgens de VNG pakken de gemeentes achterstandswijken zelf juist wel succesvol aan.
Het Ruimtelijk Planbureau stelt vast dat de economie van de grote steden beter is gaan draaien, maar ook dit komt meer door een algehele groei van de bedrijvigheid dan door het beleid. Een aantal hardnekkige problemen bleef bestaan: veel uitkeringstrekkers, het onderscheid tussen zwarte en witte scholen en middeninkomens die de stad achter zich laten.
Dat het grotestedenbeleid zijn langste tijd heeft gehad, komt omdat het te veel is verwaterd: het werd uitgebreid van vier naar dertig steden. Daar komt nog bij dat de oorspronkelijke doelstelling van het bestrijden van achterstanden plaatsmaakte voor het opkrikken van de welvaart.