Opinie

Vergelijkingen

Femke Halsema trok vorige week de aandacht met het poneren van een as van religieus kwaad van paus, fundamentalistische moslims en Amerikaanse evangelicaanse christenen als schenders van vrouwenrechten. Tegenstanders van Fortuyn werden beschuldigd van demonisering toen zij Fortuyns ideeën over minderheden vergeleken met de tijd van de apartheid.

Mr. A.H. Blok
9 October 2006 08:52Gewijzigd op 14 November 2020 04:10

Voormalig CU-senator Schuurman kreeg half Nederland over zich heen toen hij een vergelijking trok tussen het wetsvoorstel over euthanasie en de gezondheidspolitiek in nazi-Duitsland. Balkenende ontving hoon op zijn stelling dat Nederland wat meer de VOC-mentaliteit nodig zou hebben. De paus oogstte verontwaardiging en geweld met een verwijzing naar de relatie tussen christenen en moslims in de 14e eeuw. Wat is er mis met ’gevaarlijke’ vergelijkingen?Felle reacties van de katholieken Verhagen en Herben noodzaakten Halsema ertoe haar vergelijking te nuanceren. De paus belegde een conferentie met moslims om zijn uitspraken toe te lichten.

De neiging tot onmiddellijke nuance van gevaarlijke vergelijkingen trof ik ook aan in een recente column in het Advocatenblad. Daarin werd gepoogd aan te geven dat de politiek van Israël in de Palestijnse gebieden leidt tot een situatie die in een verre verte lijkt op die in nazi-Duitsland. Ik citeer: „De zich ontwikkelende scene in Gaza zou wel eens een overeenstemming op onderdelen (let wel: geen analogie of identiteit) met het concentratiekamp (let wel: geen vernietigingskamp) kunnen halen, die overlevenden van de kampen in 1945 waarschijnlijk weinig had aangesproken als (toekomstige) uitkomst van het regeringsbeleid in hun nieuwe vaderland.”

Geen analogie of identiteit dus. Israël en nazi-Duitsland mogen -om historische redenen- niet al te snel over één kam worden geschoren. Een waarschuwend beroep op omstreden, dramatische of verafschuwde historische gebeurtenissen lijkt per definitie vergezeld te moeten gaan met de nuance dat van een gelijke of vergelijkbare situatie nu (nog) geen sprake is. Een dergelijke nuance is weinig zinvol: geen enkele historische situatie is immers volledig vergelijkbaar.

Toch is de noodzakelijke nuancering ook veelzeggend: zij toont aan dat een beroep op het verleden problematisch is geworden. Een profetische waarschuwing is niet meer boven tegenspraak verheven. Zoals het heden verschillend wordt beleefd, geldt dat voor het verleden. Er bestaat niet één verleden meer waarop een waardevrij beroep mogelijk zou zijn.

Valt er van het verleden dan niets te leren? Zeker wel: de nuance heeft ook een waarschuwende functie. Het trekken van vergelijkingen met nazi-Duitsland, het systeem van apartheid en het poneren van assen van kwaad is snel al te gemakkelijk. De symboolwaarde van gebeurtenissen uit het verleden is op zichzelf immers geen deugdelijk argument ter verdediging of kritisering van bepaalde politieke keuzes of maatregelen. Stoere taal over een as van kwaad is nogal gênant als empirisch bewijs voor het bestaan van gifgaswapens blijkt te ontbreken. Een beroep op het verleden kan slechts geschieden met voldoende kennis van zaken en noodzaakt tot oog voor detail en context.

Dat verklaart ook de terechte gene bij al te brute uitspraken over heden en verleden. Met onnodige (of zelfs verwerpelijke) politieke correctheid heeft dat niets van doen. Het is slechts een bewijs van beschaving. Een goed gesprek over het verleden, ook tussen verschillende levensbeschouwingen kan slechts tot meer wederzijds begrip leiden. De door Wouter Bos opgeworpen stelling dat niemand in de politiek het recht heeft niet gekwetst te worden lijkt mij dan ook onjuist en misplaatst.

Ik heb de indruk dat een beroep op grote gebeurtenissen uit de geschiedenis veelal moet dienen ter overtuiging of kritisering van aanhangers van andere levensbeschouwingen. Voor Balkenende is de VOC-mentaliteit iets om trots op te zijn. Voor Halsema staat de VOC voor slavenhandel en uitbuiting. Met andere woorden: een steekhoudend en tot verder gesprek uitnodigend beroep op het verleden verdraagt zich niet met oneliners en al te gemakkelijke metaforen. Ondergetekende neemt die les ook voor zichzelf ter harte.

opinie voetnoot (u490(De auteur is advocaat bij KBS-advocaten te Utrecht.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer