Weer zeven jaar voor Egyptische voorvechter democratie
Het hooggerechtshof van staatsveiligheid in Egypte heeft de voorvechter voor democratie Saad Eddin Ibrahim veroordeeld tot zeven jaar gevangenis en dwangarbeid wegens „aantasting van het imago van zijn land”. Dat hebben gerechtelijke bronnen maandag gemeld.
Ibrahim kreeg in mei vorig jaar eenzelfde straf opgelegd wegens het aannemen van geld van de Europese Commissie om toezicht te houden op de Egyptische parlementsverkiezingen. Ook zou hij het land in diskrediet hebben gebracht. Op aandringen van mensenrechtenorganisaties in en buiten Egypte besliste het hof van cassatie in februari dat er een nieuw proces moest komen tegen de bekende activist voor burgerrechten in Egypte en tegen 27 medeverdachten. De veroordeling zou een politieke zet zijn.
De Amerikaanse ambassade in Caïro sprak zijn „teleurstelling en bezorgdheid” uit over het vonnis. „Vele malen hebben wij onze bezorgdheid geuit tegenover de Egyptische regering, zowel hier als in Washington, over het proces dat heeft geleid tot dit vonnis”, aldus zaakgelastigde Gray. „Op dit moment worden de implicaties van dit besluit geanalyseerd en ik verwacht van het ministerie van Buitenlandse Zaken een reactie over deze kwestie.”
De 63–jarige Ibrahim is docent sociologie aan de Amerikaanse Universiteit in Caïro. Hij heeft zowel de Egyptische als de Amerikaanse nationaliteit. Hij denkt dat hij is vervolgd wegens een publicatie van het Ibn Kahldun Centrum, een onafhankelijke denktank die hij in 1982 heeft opgericht. Dat centrum heeft de regering beschuldigd van gesjoemel met de parlementsverkiezingen in 1995.
Ibrahim stond maandag opnieuw met 27 medeverdachten terecht, onder meer wegens de oprichting van een centrum dat spionage en oplichting als doel zou hebben gehad. Alle 28 zijn ervan beschuldigd dat ze de reputatie van Egypte hebben geschaad door in het buitenland valse informatie te verspreiden over de verkiezingen. Ook zouden ze zonder toestemming van de autoriteiten geld van de EU voor hun centrum hebben aangenomen. Zes medeverdachten hebben gevangenisstraffen van twee tot vijf jaar gekregen, de overigen kregen voorwaardelijke straffen.