De aandeelhouders moeten open kaart spelen over hun bedoelingen en door een code meer rekening houden met belangen van anderen, vindt de CDA-bewindsman.Wijn kwam in augustus in het nieuws door te pleiten voor een beter evenwicht tussen de financiële belangen van investeerders enerzijds en de belangen van directie, werknemers en andere betrokkenen anderzijds. Vervolgens voerde hij gesprekken met voorzitters van de vakbeweging, werkgeversorganisaties, bedrijfsjuristen, pensioenfondsen, effectenbeurs en beleggers. Zijn conclusies uit die gesprekken maakte hij bekend in een toespraak in Amsterdam.

Wijn blijft van mening dat beleggers die via zogeheten private equity funds en hedge funds risico’s durven nemen ondernemingen scherp houden in de internationale concurrentie. Daardoor kunnen ze een nuttige functie vervullen in de Nederlandse economie. Hij ziet als risico’s dat bedrijven met deze fondsen als aandeelhouder te veel lenen of te snel geld uit de onderneming halen.

Wijn pleit er vooral voor dat aandeelhouders open kaart spelen over hun belangen en bedoelingen. Aandeelhouders onderling én directie dienen te weten waar ze aan toe zijn met elkaar. Wijn wil dat de gedragscode Tabaksblat vastlegt dat grootaandeelhouders en „activistische aandeelhouders” op de aandeelhoudersvergadering hun positie kenbaar maken en dat dus niet alleen doen in een onderonsje met de directie.

Wijn denkt bovendien dat een volgend kabinet dient te beslissen om de drempel in de wet bij het melden van een belang in de onderneming wordt verlaagd van 5 procent van de aandelen naar 3 procent.

Ook wil Wijn de mogelijkheid open laten een hoger dividend uit te keren aan „aandeelhouders die zich voor langere tijd aan een bedrijf committeren.”

De CDA-minister pleit bovendien voor een aanscherping van de code van de private equity funds. Daarin zouden grenzen moeten worden gesteld aan de mate waarin ondernemingen zich in de schulden steken. Ook moet het bij conflicten makkelijker worden om naar een rechter te stappen.