Uit cijfers van de Britse overheid blijkt dat ”religious studies” ongekend populair is onder bovenbouwleerlingen. Zo is het aantal ”A-levels” (vergelijkbaar met vwo-niveau) in het vak godsdienst met 16,9 procent gestegen: de hoogste groei onder alle vakken. Onder ”AS- levels” (vergelijkbaar met mavo/havoniveau) bedraagt deze toename 5,2 procent.Ook onder schoolgaande kinderen uit de onderbouw neemt de interesse voor het vak godsdienst een hoge vlucht. Dit jaar steeg het percentage leerlingen dat het vak voor hun GCSE’s (een examen dat alle leerlingen op 16-jarige leeftijd doen) heeft gekozen met 7,5 procent. Deze stijgende trend tekent zich al een aantal jaren af.

Sinds 1997 is het aantal GCSE’s in godsdienst meer dan verdubbeld: van 113.000 tot boven de 270.000. Uit gegevens van verschillende universiteiten blijkt daarnaast dat het aantal aanmeldingen voor theologieopleidingen gestaag groeit.

Dr. Ellie Johnson Searle, voorzitter van de Britse onderwijsinspectie, noemt de ontwikkeling „interessant” en voegt hieraan toe dat dit bij kan dragen aan het begrip voor „de tradities van verschillende geloofsgemeenschappen.”

Ook de Kerk van Engeland, de Anglicaanse Kerk, juicht de stijgende trend toe. Volgens ds. John Gay, onderwijsadviseur voor de aartsbisschop van Canterbury, tonen de statistieken dat tieners steeds meer besef krijgen van het belang van een „spirituele dimensie.” „Scholieren komen erachter dat een religieus en spiritueel perspectief op het dagelijks leven interessant en uitdagend is en steeds relevanter wordt in de hedendaagse globaliserende samenleving. Het vak godsdienst speelt daarnaast een belangrijke rol in het vormen van een stabiele samenleving.”

Tegelijkertijd verzetten degenen die verantwoordelijk zijn voor de inhoud van het vak godsdienst zich tegen het starre, dogmatische imago dat het vak nog steeds heeft. „Het vak godsdienst is het omgekeerde van indoctrinatie”, zo stelde het vakblad REToday” onlangs. „Het raamwerk waarin men over het christendom en andere geloven leert, is uitermate geschikt voor iedereen. Zo hebben we zelfs atheïsten en agnostici gehad die met vlag en wimpel slaagden.”

John Hall, woordvoerder onderwijs van de Anglicaanse Kerk, hoopt dat de gestage groei in populariteit van het vak godsdienst ook zal doorklinken in het regeringsbeleid. Hij pleit ervoor om religie een verplicht onderwerp te maken voor 14- tot 19-jarigen. „De cijfers geven aan dat jongeren het vak godsdienst fascinerend vinden en graag meer willen leren over hun eigen geloofsgronden, en die van anderen. De politiek zou hier rekening mee moeten houden in haar plannen voor het curriculum voor leerlingen van 14 tot 19 jaar. Het vak godsdienst zou hierin een verplicht element moeten vormen.”