SER pleit voor lagere belasting
DEN HAAG - Een komend kabinet moet niet tornen aan de hypotheekrenteaftrek, de belasting op lagere inkomens moet omlaag en het fiscale voordeel voor niet-werkende partners moet op de schop.
Dat staat in een uitgelekt conceptadvies van werkgevers, vakbeweging en onafhankelijke kroonleden verenigd in de Sociaal-Economische Raad (SER). Naar verwachting bereiken de partijen vandaag een akkoord over het advies aan een volgend kabinet.Het plan moet vervolgens nog door de achterban van sociale partners worden goedgekeurd. De SER is op sociaal-economisch terrein de belangrijkste adviseur van het kabinet.
Het SER-advies is er vooral op gericht zo veel mogelijk mensen aan de slag te krijgen om de gevolgen van de aantrekkende economie en de vergrijzing op te vangen. Zo moeten door scholing en financiële prikkels meer ouderen, allochtonen en lager opgeleiden aan het werk komen en hun baan behouden.
In dit verband pleit de SER voor afschaffing van het fiscale voordeel van 1900 euro per jaar voor niet-werkende partners.
Volgens RMU-directeur P. Schalk lijkt de SER hiermee „iedereen de arbeidsmarkt op te willen jagen.” „Arbeidsparticipatie is blijkbaar belangrijker dan opvoeding. Mensen die zelf hun kinderen willen opvoeden, moeten het maar uitzoeken. Je zou kunnen zeggen dat hierdoor de rechten van het kind op het spel worden gezet.”
Volgens Schalk is het fiscale voordeel voor niet-werkende partners geen losstaand gegeven. „Het was een integraal onderdeel van de herziening van het belastingstelsel enkele jaren geleden. Het is een groot bedrag, dat kun je gezinnen niet zomaar afpakken.”
Vorige week lekte al uit dat de SER vindt dat in een vergrijzende samenleving een komend kabinet de AOW beter betaalbaar kan houden door de gepensioneerden meer te laten meebetalen aan de oudedagsvoorziening. Volgens de sociale partners is het niet nodig de AOW-leeftijd te verhogen van 65 naar 67 jaar.
Wel staan de werkgevers en vakbeweging de komende jaren open voor onderzoek en discussie over de houdbaarheid van de hypotheekrenteaftrek en de betaalbaarheid van de AOW. Dat is vooral een wens van de kroonleden, onder wie wetenschappers en vertegenwoordigers van het Centraal Planbureau en DeNederlandsche Bank.