Dat blijkt uit de financiële onderbouwing van minister Kamp van Defensie en zijn staatssecretaris Van der Knaap van de maatregelen die zij wenselijk achten om het expeditionaire karakter van de krijgsmacht in de toekomst veilig te stellen.Grootste slokop is de verbetering van de transportcapaciteit. Voor de aanschaf van vijf extra transporthelikopters en een groot transportvliegtuig (Boeing C17) zijn extra investeringen van respectievelijk 195 miljoen en 300 miljoen euro nodig, blijkt uit de brief van de bewindslieden aan de Tweede Kamer.

Verder is naar schatting 255 miljoen nodig om pantserwielvoertuigen en Chinook transporthelikopters beter te beschermen. Voor de inzet van onbemande waarnemingsvliegtuigjes is een bedrag van 185 miljoen nodig. Als Defensie zou afzien van de voorgenomen verkoop van vijf Apache gevechtshelikopters, zou dat een kostenpost van 125 miljoen euro met zich brengen; 75 miljoen aan gederfde inkomsten uit verkoop en 50 miljoen voor het aanpassen van de toestellen aan het niveau van de overige 24 heli’s.

Het verbeteren van het opleidings– en trainingstraject van soldaten die worden uitgezonden, gaat ongeveer 60 miljoen kosten. En voor versterking van militaire inlichtingenketen denkt Defensie jaarlijks 45 miljoen euro nodig te hebben.

Het is overigens niet de bedoeling dat Kamp en Van der Knaap in hun laatste begroting al een aanzet geven tot deze investeringen. Dat is volgens de bewindslieden aan hun opvolgers.