Deur op kier voor missie in Libanon
DEN HAAG - In geval van nood is Nederland toch bereid troepen te leveren voor een internationale vredesmacht in Libanon. Op dit moment ziet het er echter niet naar uit dat dat nodig is omdat er voldoende landen te vinden zijn die willen bijdragen aan een dergelijke operatie.
Dat heeft minister Bot van Buitenlandse Zaken vrijdag gezegd na afloop van het kabinetsberaad.Bot en minister Kamp (Defensie) stelden eerder dat Nederland al zo veel troepen heeft uitgezonden dat ze er geen behoefte aan hebben om voorop te lopen bij deelname aan de internationale troepenmacht in Libanon. Er is ook nog geen beroep op ons gedaan, aldus Bot. „Maar de deur staat op een kier. Als de nood aan de man komt, is er met ons te praten.” Hij zegt de indruk te hebben dat andere Europese landen, maar ook staten in Zuid-Amerika en Azië, bereid zijn voldoende militairen te leveren.
Nederland is voorstander van een internationale vredesmacht van 10.000 man in Zuid-Libanon, naast een Libanese troepenmacht van zo’n 15.000 man. Bot zegt er begrip voor te hebben dat Israël niet akkoord wil gaan met uitsluitend een Libanese militaire presentie in het gebied. De Israëlische regering vreest dat dan Hezbollah ruimte krijgt om zich te hergroeperen en opnieuw te bewapenen.
Premier Balkenende zei in zijn wekelijkse persconferentie dat de regering zich „grote zorgen” maakt over het geweld in het Midden-Oosten. Minister Bot vulde aan dat het kabinet een warm voorstander is van een VN-resolutie voor een staakt-het-vuren als dat een „duurzaam” politiek akkoord tussen de strijdende partijen tot gevolg heeft.
Bot probeert een bijdrage te leveren aan een oplossing voor het klemmende conflict. Hij heeft de afgelopen dagen telefonisch contact gehad met zijn collega’s in Syrië en Israël en met EU-voorzitter Finland. Vrijdag belde hij nog met zijn Libanese collega Salloukh.