Een hoge zijmuur van het hoekhuis aan de Nilantstraat in Deventer is zwartgeblakerd. De oprijlaan is bedekt met een zwarte smurrie. Van een plastic overkapping boven de voordeur is weinig overgebleven. De regenpijp is afgebroken. Regenwater gutst uit de goot.In één oogopslag is te zien dat er naast de woning van het gezin Krasenberg een fikse brand heeft gewoed. Zondagnacht ging de caravan van Jan (60) en Sien (54) in vlammen op. Van het vakantievoertuig is nauwelijks iets over.

Sien is hevig geschrokken.

„’s Nachts om ongeveer kwart over vier werden we gewekt door de overbuurman. Aan de buitenkant van het huis zag ik vlammen en een oranje gloed. Ik ben schreeuwend van paniek de trap afgerend en via de voordeur naar buiten gevlucht. Daar zag ik brandweer en ambulance. Veel meer van die momenten weet ik niet. Ik moet een black-out hebben gehad.”

Niet alleen is er van de caravan weinig overgebleven, ook aan het huis ontstond schade. „Waar we hard voor hebben gewerkt, wordt ons ontnomen”, stelt Sien vast. Erger vindt ze de „emotionele” klap. „Ik kon een paar dagen na de brand nauwelijks praten. Ik moest overgeven. Als het ’s avonds donker werd en ik naar bed ging, kwam het plaatje van de brand weer terug. Als de vlammen door de ruiten van ons huis waren geslagen, was de brand naar binnen gekomen. Ze hebben ons leven op het spel gezet.”

Deventer is opnieuw in de ban van de branden. Hoogstwaarschijnlijk zijn er een of meer brandstichters actief. De afgelopen weken gingen tientallen caravans in vlammen op. Zo brandde er in de nacht van dinsdag op woensdag een andere caravan uit. Daders zijn er nog niet gepakt. De politie adviseert burgers hun vakantievoertuig ’s nachts niet onbeheerd op straat achter te laten. Begin dit jaar werden schuurtjes in de stad in brand gestoken.

Twee jaar geleden werden de Deventenaren ook al opgeschrikt door een serie branden. Het ging toen om ongeveer honderd branden in auto’s en containers. Met de aanhouding van diverse personen kwam daaraan toen een einde. Gevreesd wordt dat een of meer (vrijgekomen) daders van toen de draad weer hebben opgepakt.

Deze dagen zit de schrik er in Deventer flink in, zegt Wilco Bakker terwijl hij in een snackbar aan de Nilantstraat frites uit de hete olie schept. „Het is toch ziekelijk dat iemand andermans spullen in de brand steekt?”

Hij weet wat het is om slachtoffer van brandstichting te zijn. Enkele jaren geleden liep zijn bestelbus, een Mercedes Vito, brandschade op. Diezelfde avond werd bij nog twee auto’s in de straat brand gesticht. Bakker is op zijn hoede. „Ik kijk vaker naar buiten. In huizenblokken in deze buurt liggen kinderen te slapen.”

Ook de oldtimercamper van Freddie van Duren uit de Enkstraat ging deze week in vlammen op. „Ik loop met een heel akelig gevoel rond”, zegt de werkloze Deventenaar, vader van vier kinderen.

Zelf was Van Duren tijdens de brandstichting op een camping in Olst. „Een buurman belde om tien over vijf in de morgen. „Je camper staat in de fik.” Ik dacht eerst dat hij een geintje maakte.” Toen Van Duren later bij zijn woning arriveerde, werd hem helemaal duidelijk dat het bittere ernst was.

Hij heeft flink de smoor in. „Ik had binnenkort op vakantie willen gaan naar Wassenaar en Scheveningen. Duinrell voor de kinderen. Dat gaat niet door. De camper had ik helemaal gerestaureerd. Nieuwe dynamo, nieuwe starter, nieuwe accu’s, noem maar op. Er lag best veel van waarde in. Twee nieuwe kano’s, gereedschap, computerspellen. Wat de zaak drie keer zo erg maakt, is dat de verzekering zegt dat ik niet verzekerd ben voor deze brand. Maar daarover zal ik met ze in discussie gaan. Ik heb 10.000, 11.000 euro schade geleden. Dat kan ik niet zomaar ergens vandaan halen.”