Binnenland

Duitslandemigrant: Ik blijf toch Urker

BANTEGA - In 2003 verruilden Meindert en Janine Hoefnagel en hun kinderen vissersdorp Urk voor het Duitse Hoogstede, net over de grens bij Coevorden. Een terugkeer naar hun geboortegrond behoort zeker tot de mogelijkheden, maar spijt van hun stap hebben ze allerminst. „We merken dat de Heere overal werk voor je te doen heeft.”

J. Visscher
10 August 2006 11:58Gewijzigd op 14 November 2020 04:00
BANTEGA – Meindert en Janine Hoefnagel en hun vier kinderen verruilden Urk voor het Duitse Hoogstede. Janine, op haar vakantieadres in Bantega: „De mensen gaan ervan uit dat je alleen op Urk gelukkig kunt zijn. Ik ben er achter gekomen dat dat niet zo i
BANTEGA – Meindert en Janine Hoefnagel en hun vier kinderen verruilden Urk voor het Duitse Hoogstede. Janine, op haar vakantieadres in Bantega: „De mensen gaan ervan uit dat je alleen op Urk gelukkig kunt zijn. Ik ben er achter gekomen dat dat niet zo i

„Wij zijn best avontuurlijk ingesteld. Meindert zit vaak met een atlas op schoot om mooie plekken op te zoeken”, vertelt Janine Hoefnagel op een vakantieboerderij in het Friese Bantega, waar ze deze week samen met haar gezin en andere familieleden bivakkeert.Meindert (37), Janine (33) en hun kinderen Pia (11), Aniek (9), Emma (6) en Jan (2) behoren tot de groeiende groep Nederlanders die zijn geëmigreerd. Uit gisteren gepubliceerde cijfers van het CBS blijkt dat 63.000 Nederlanders de eerste helft van dit jaar ons land verlieten; ruim 9000 meer dan in het eerste halfjaar van 2005. België en Duitsland staan boven aan de lijst van populaire bestemmingen.

Om diverse redenen besloot de familie Hoefnagel een paar jaar geleden de stap te wagen. Janine: „We lazen in de zomer van 2003 een artikel in Terdege waarin drie families vertelden waarom ze in Duitsland gingen wonen. Dat verhaal sprak ons aan. Urk was en is een leuke plaats, maar de sociale druk is best hoog, bijvoorbeeld als het gaat om het bezoeken van allerlei verjaardagen. Ook speelt mee dat ik wel eens iets anders wilde, zoals het leren kennen van nieuwe mensen.”

Meindert, die dagelijks op en neer rijdt naar Urk, waar hij als accountant werkt: „Destijds wilde ik meer tijd vrijmaken voor promotieonderzoek aan de Rotterdamse Erasmus Universiteit. Daarvoor wilde ik graag in het buitenland gaan studeren.” Doordat Hoefnagel recent echter een accountantskantoor in Urk overnam, schiet er weinig tijd voor de studie over.

Ook de gunstige financiële situatie in Duitsland speelde een rol bij de beslissing. Janine: „De grondprijs ligt in Duitsland zeven keer zo laag en de huizen zijn veel goedkoper. Verder krijgen we drie keer zo veel kinderbijslag. In Duitsland wordt het krijgen van kinderen nog gestimuleerd.”

Het bevalt de Hoefnagels naar eigen zeggen best in het Duitse boerendorp. Janine: „We wonen ruim en vrij en kijken uit over de koeien. Mensen zijn er hartelijk en gemoedelijk.”

Meindert: „Hoogstede, gelegen in graafschap Bentheim, is vanouds een traditioneel gebied, vergelijkbaar met de Veluwe. Het dialect lijkt sterk op het Nederlands.” Het verbaast de ouders hoe snel hun kinderen het Duits onder de knie kregen. Janine: „Ze pikken de taal als het ware in tien weken op straat op. Leuk is dat onze Jan veel dingen in het Duits én op z’n Urkers zegt. Als hij bijvoorbeeld uit zijn bed wil, zegt hij „eut” (uit) en daarna „raus.”

De familie Hoefnagel, van oorsprong christelijk gereformeerd, sloot zich aan bij de plaatselijke alt-reformierte kirche (350 leden), „vergelijkbaar met de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland.” Ze doen onder meer mee met een gebedsgroep. Janine: „We willen niet zeggen dat we een roeping hebben om te verhuizen, dat is een te zwaar woord. Maar we zijn er wel biddend mee bezig geweest. We merken dat de Heere overal werk voor je te doen heeft. Het is fijn dat je positieve inbreng gewaardeerd wordt en tot navolging aanzet. Dan gaat het bijvoorbeeld over het consequent bezoeken van de beide kerkdiensten.”

Omdat er in de buurt geen christelijk onderwijs is te vinden, gaan de kinderen naar openbare scholen. „Ik zie dat als een nadeel”, zegt Meindert. „Het is echter wel zo dat veel leraren kerkelijk zijn en dat er op school algemeen godsdienstonderwijs wordt gegeven.”

Janine: „Wij zaten allebei op de reformatorische scholengemeenschap Pieter Zandt. Het is fijn dat je daar wordt gevormd. Maar ook daar liep je op tegen dingen op waarin je zelf je weg moet zien te vinden. Het is van belang om thuis de vinger aan de pols te houden. Het geloof zal voorop moeten staan. Kinderen moeten hun vragen in openheid kunnen bespreken. Wij moeten hen daarin weerbaar maken.”

Ooit terug naar de geboortegrond? Meindert: „We blijven zeker nog een paar jaar in Duitsland, maar er is een kans dat we teruggaan. Ik blijf toch Urker.” Janine: „Vooral met het oog op Meinderts werk is terugkeer niet onwaarschijnlijk, hoewel dat voor mij geen noodzaak is. Pas liep ik op een braderie in Urk. Steeds klonk de vraag: „Wanneer kom je terug?” De mensen gaan ervan uit dat je alleen op Urk gelukkig kunt zijn. Ik ben er achter gekomen dat dat niet zo is.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer