VS voorbereid op Cuba na dood van Castro
WASHINGTON - De Amerikaanse regering bereidt zich voor op het mogelijk spoedig overlijden van de Cubaanse president Fidel Castro.
Bij de Cubaans-Amerikaanse gemeenschap in Miami zei president Bush dat de VS al een plan hebben om de Cubanen te bewijzen dat het Amerikaanse systeem beter is dan Cubaanse. „Niemand weet wanneer Castro overlijdt. Volgens mij is dat het werk van de Almachtige.”De Commissie voor de Bevordering van een Vrij Cuba, dat het plan heeft opgesteld, raadt de Amerikaanse regering aan de komende twee jaar bijna 63 miljoen euro te spenderen aan „voedsel en andere hulp”, zogezegd om de democratie en de vrije markt op Cuba te bevorderen. Bush zei destijds dat de VS actief bezig zijn om de situatie op Cuba te wijzigen.
Cuba veroordeelde het plan van de commissie als een „nieuw agressieplan” bedoeld om zijn soevereiniteit te schenden. De VS, die een aantal keer hebben gepoogd Castro te vermoorden, maken er geen geheim van dat ze bereid zijn zich in te spannen om Castro weg te krijgen.
In 1961, twee jaar nadat Castro de macht greep, stelden de VS een handelsembargo tegen het eiland in, dat tot vandaag voortduurt. Het is officieel Amerikaans beleid om de geplande opvolging van Castro door zijn broer Raul te ondermijnen.
Fidel Castro heeft woensdagmorgen laten weten dat hij in een „stabiele conditie” verkeert en zelfs „opgewekt” is. Een verklaring van de 79-jarige president werd voorgelezen op de Cubaanse staatstelevisie. Hij was niet in beeld.
Castro meldde dat hij last heeft gehad van hevige en hardnekkige inwendige bloedingen als gevolg van stress, mogelijk veroorzaakt door recente publieke optredens in Argentinië en Oost-Cuba.
Hij moest een gecompliceerde operatie ondergaan, zei hij, die hem noopt meerdere weken rust te nemen. Het besluit om de staatszaken over te dragen aan zijn jongere broer Raul, minister van Defensie en zijn beoogde opvolger als president, is slechts voorlopig, aldus Castro.
Castro zei de festiviteiten rond zijn tachtigste verjaardag graag te willen uitstellen tot 2 december, de vijftigste Dag van de Revolutionaire Strijdkrachten.
Martha Beatriz Roque, een belangrijke Cubaanse oppositieleidster, vroeg zich in Havana af of Castro tegen die tijd nog wel leeft. Volgens Roque moet Castro heel erg ziek zijn, anders zou hij nooit terugtreden, zelfs niet tijdelijk. De oppositie maakt zich zorgen over eventuele repressie tijdens een wisseling van de wacht aan de Cubaanse top, zeker als de autoriteiten vrezen voor onrust onder de bevolking, zei Roque.
Ook op de internetfora van uitgeweken Cubanen gonst het van geruchten dat de leider dood is, maar dat Havana dit angstvallig geheim zou houden.
In Miami, waar honderdduizenden gevluchte Cubanen wonen, reageerden mensen op het nieuws van Castro’s ziekbed door juichend met vlaggen de straat op te gaan. Ze reden rond in hun auto’s, toeterden onophoudelijk en schreeuwden „Cuba! Cuba! Cuba!”
De voorzitter van het Cubaanse parlement, Ricardo Alarcón, zei dinsdag dat het „laatste moment van Fidel Castro nog heel ver verwijderd is. Het imperialisme kent de kracht van Castro niet.”