Dat heeft minister Donner (Justitie) vrijdag geantwoord op schriftelijke vragen van de Tweede Kamerleden Van der Staaij (SGP) en Wilders (Groep Wilders). Zij zijn ernstig verontrust over de oprichting van de partij, die onder meer aangeeft seks met kinderen vanaf twaalf jaar te willen legaliseren.Op het moment dat strafbare feiten worden gepleegd of daartoe wordt aangemoedigd, kan alsnog worden opgetreden. Het OM ziet nu geen grond om de rechtbank om ontbinding te verzoeken, aldus de minister.

Donner stelt de inhoudelijke opvattingen van de partij zeer verwerpelijk te vinden. Die druisen bovendien in tegen het Verdrag inzake de Rechten van het Kind en het door Nederland geratificeerde Facultatief Protocol inzake de verkoop van kinderen, kinderprostitutie en kinderpornografie.

Maar, stelt Donner, een verbod of ontbinding van een politieke partij moet slechts uiterst terughoudend worden toegepast. In een democratie moeten verwerpelijke ideeën met argumenten worden bestreden, schrijft hij. Iedereen mag een politieke partij oprichten en de overheid mag zich niet zomaar met de ideeën daarvan bemoeien.

Toch heeft de minister met het OM erover gesproken of ontbinding van de partij juridisch mogelijk is. Maar een pleidooi voor het wijzigen van de wet, zoals de PNVD wil, levert geen grond op voor het OM om ontbinding te vragen bij de rechtbank. Eerder deze week bepaalde de rechtbank in Den Haag in een kort geding, aangespannen door de stichting Soelaas, ook al dat een verbod niet aan de orde is.

Donner is overigens niet verontrust over de invloed van de partij, omdat uit het publieke debat naar voren komt dat de Nederlandse bevolking zeer afwijzend tegen de opvatting van de pedofielenpartij staat.