Buitenland

Acht doden bij raketaanval op Haifa

HAIFA/BEIROET - Libanese Hezbollahstrijders hebben zondag tientallen raketten afgeschoten op Haifa in het noorden van Israël. Daarbij zijn acht doden en zeven gewonden gevallen. De slachtoffers bevonden zich in een loods op een spoorwegemplacement waar onderhoud aan treinen wordt verricht. De Israëlische premier Ehud Olmert zei dat de aanval vergaande gevolgen zal hebben.

Buitenlandredactie
17 July 2006 10:49Gewijzigd op 14 November 2020 03:56
KIRYAT SHMONA – Een Israëlische soldaat sloot zaterdag een ogenblik de ogen bij een militair steunpunt in de buurt van Kiryat Shmona in het noorden van Israël. Foto EPA
KIRYAT SHMONA – Een Israëlische soldaat sloot zaterdag een ogenblik de ogen bij een militair steunpunt in de buurt van Kiryat Shmona in het noorden van Israël. Foto EPA

Israël sloeg zondag keihard terug door een gebouw in de havenstad Tyrus in Zuid-Libanon in puin te schieten. Zeker negen burgers kwamen daarbij om het leven en meer dan vijftig anderen raakten gewond. De verwachting was gisteravond dat het dodental nog zou oplopen. Volgens een Libanese tv-zender waren er zeker twintig doden te betreuren.Ook afgelopen nacht hebben Israëlische gevechtsvliegtuigen en oorlogsschepen doelen in Libanon bestookt. Niet alleen de hoofdstad Beiroet, ook de oostelijke stad Baalbek en de noordelijke havenstad Tripoli werden onder vuur genomen, aldus politie en ooggetuigen. Zeker 6 mensen kwamen daarbij om het leven en ten minste 33 mensen raakten gewond.

Ook zouden drie Libanese militairen zijn gedood in het noorden van het land. Het dodental in Libanon na zes dagen van Israëlische aanvallen komt daarmee op meer dan 170. Veruit de meeste dodelijke slachtoffers zijn burgers. Aan Israëlische zijde vielen tot nog toe 23 doden.

Hezbollah gaat ondanks het offensief gewoon door met het afschieten van raketten op Israëlische steden. Gisteravond kwamen onder meer raketten neer in Afula en Boven-Nazareth, op zo’n 40 kilometer van de grens met Libanon, verder dan eerdere beschietingen.

’s Nachts bombardeerde Israël weer het Palestijnse ministerie van Buitenlandse Zaken in de Gazastrook - voor de tweede keer in een week tijd. Daarbij vielen zeker negen gewonden. Elders in de Gazastrook werden ook raketten afgeschoten door Israëlische toestellen.

Bij een luchtaanval op een Libanese plaats aan de grens met Israël, Aitaroun, kwamen zondag acht Canadezen van Libanese origine om het leven. Een aantal van hen maakte deel uit van één gezin. Zes andere Canadezen raakten bij de aanval zwaargewond. Het gezin zou in Libanon de vakantie hebben willen doorbrengen.

Het Libanese kabinet gaf zondag een verklaring uit waarin stond dat Libanon door Israël vernietigd dreigt te worden en Israël ervan wordt beschuldigd verboden wapens in te zetten tegen Libanese burgers. De Israëlische minister van Defensie, Amir Peretz, zei dat Israël zijn offensief tegen Libanon pas zal stopzetten „als de realiteit is gewijzigd” en de „bronnen van de raketaanvallen op het noorden van Israël” zal blijven aanvallen, maar niet van plan is Libanon te bezetten of daar lange tijd te blijven.

Speciaal gezant van de Verenigde Naties Vijay Nambiar voerde zondag gesprekken met de Libanese premier Fuad Saniora. Na de gesprekken legde hij een korte verklaring af waarin hij zijn steun betuigde aan Saniora en diens oproep tot een staakt-het-vuren. Hij riep Hezbollah ertoe op de ontvoerde Israëlische militairen te laten gaan. Verder maande hij de strijdende partijen burgers en de infrastructuur te sparen. Namens de EU was buitenlandcoördinator Javier Solana zondag in Beiroet. Ook hij probeerde te bemiddelen in het conflict.

Hezbollahleider sjeik Hassan Nasrallah zei zondag in een door Hezbollahs tv-zender al-Manar uitgezonden verklaring dat de kracht van zijn strijders na vijf dagen van bombardementen niet is afgenomen en dat de strijd nog maar net begint, omdat Hezbollah nog heel veel raketten heeft. De organisatie heeft volgens Nasrallah geen andere keus dan de raketten af te vuren op Israëlische burgers. „Als de zionisten zich gedragen alsof er geen regels of grenzen zijn in deze confrontatie, is het ons recht ons ook op die manier op te stellen”, aldus de sjeik, die Arabieren en moslims wereldwijd bovendien ertoe opriep „de zionistische vijand” te verslaan.

De Italiaanse premier Romano Prodi bracht zijn Libanese ambtgenoot zondag de voorwaarden over die Israël stelt aan de beëindiging van zijn offensief. Die voorwaarden zijn volgens de Libanese minister van Informatie behalve de vrijlating van de twee Israëlische soldaten die door de Hezbollah zijn ontvoerd, de terugtrekking van Hezbollah uit het gebied langs de grens met Israël. Hezbollah zou zich moeten terugtrekken tot achter de rivier de Litani, die 30 kilometer van de grens ligt.

De Iraanse Fajrraketten die op Haifa zouden zijn afgeschoten hebben een groter bereik en ook een veel grotere kop dan de katjoesja’s waarmee Hezbollah tot nu toe aanvallen op Noord-Israël uitvoerde. Hezbollah zelf zegt Haifa, de op twee na grootste stad van Israël, te hebben bestookt met raketten van het type Raad 2 en Raad 3. Volgens het Israëlische leger schoten Hezbollahstrijders de raketten af met hulp van Iraanse soldaten, wat Iran met klem ontkende. Woordvoerder Hamid Reza Asefi van het Iraanse ministerie van Buitenlandse Zaken zei dat Israël niet de fout moet begaan om Syrië aan te vallen. Als dat toch gebeurt, zal dat het zionistische regime onherstelbare schade berokkenen, aldus Asefi. Ook Syrië liet weten onmiddellijk en hard te zullen terugslaan als het door Israël wordt aangevallen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer