Burgemeester Cohen gaf rond negen uur het startschot voor de Amsterdam-Beijing Classic Car Endurance Rally 2006. De oldtimers, gebouwd tussen 1934 en 1976, moeten zonder tegenslagen en kleerscheuren op 11 augustus op het Tiananmenplein aankomen.De 84 Nederlandse teams van ieder twee personen overbruggen 17.500 kilometer via veertien landen. Ze rijden over doorgaans verharde, maar soms ook onverharde wegen door landen als Turkmenistan en Kirgizië. De etappes variëren van 500 tot 1000 kilometer per dag.

Het mag geen snelheidswedstrijd worden, de deelnemers moeten zich zo veel mogelijk aan tijdschema’s houden. Het is volgens organisator Jan Vermeer een „eerbetoon aan historische ontdekkingsreizen. De vier weken staan in het teken van sportiviteit, cultuur, kameraadschap en avontuur.”

Sputterend en soms met knallende motoren reden de auto’s door de Amsterdamse binnenstad richting het Duitse Mainz, de eerste stop. Honderden liefhebbers van klassiekers waren naar de Dam gekomen om de rijders aan te moedigen. China had ook alvast vijf mascottes van de Olympische Spelen in 2008 naar het plein gestuurd. Het Beijing Olympic Committee is een van de sponsors van de rally.

Enkele stevige fourwheeldrives begeleiden de oude Mercedessen, Volvo’s, Jaguars en Bentley’s tijdens de monstertocht naar China. Ook een truck met reserveonderdelen rijdt mee om de avonturiers onderweg behulpzaam te zijn. Het team dat het beste samenwerkt en het meest betrouwbaar is, wint de rit.

Goedkoop is de deelname niet: elk team heeft bijna 30.000 euro moeten betalen om mee te doen. Daarvoor slapen de rijders onderweg wel voornamelijk in vijfsterrenhotels en ook de nodige verzekeringen zitten in het bedrag inbegrepen.

De coureurs hoeven niet terug te rijden; na afloop worden de klassieke wagens met een schip naar Rotterdam vervoerd.