Al-Manar roept dagelijks op tot vernietiging Israël
Een van de doelen van Israëlische gevechtvliegtuigen bij hun aanvallen donderdag vormden de gebouwen van radio- en televisiestation Al-Manar in de Libanese hoofdstad Beiroet. De zender is de spreekbuis van Hezbollah. Dagelijks laat Al-Manar opruiende programma’s tegen Joden en tegen Israël horen en zien, stelt prof. dr. Hans Jansen .
Al-Manar, Arabisch voor ”het Vuurbaken”, is het officiële televisiestation van Hezbollah en daarmee spreekbuis van de Libanese Partij van God. De terroristische organisatie gebruikt Al-Manar, „televisiestation van het verzet” genoemd, als onderdeel van haar plan om niet alleen de burgers van Libanon te bereiken, maar de gehele Arabische wereld.Inderdaad, Hezbollah is de eerste organisatie die op zeer deskundige wijze een eigen televisiestation runt en dat als operationeel wapen gebruikt. Kort nadat Hezbollah in 1991 op het Libanese politieke toneel verscheen, werd Al-Manar gepresenteerd als een klein landelijk televisiestation. Hoewel het in 1997 wettelijk werd geregistreerd als de Libanese Media Group Company, was Al-Manar vanaf het begin politiek en cultureel verweven met Hezbollah. Het station bereikt heel Libanon en zond in de eerste jaren van zijn bestaan dagelijks achttien uur uit. Sinds 25 mei 2000 verzorgt het satellietstation Al-Manar 24 uur per dag programma’s die met behulp van zeven grote satellietproviders niet alleen de gehele Arabische wereld bereiken, maar alle vijf continenten.
Televisiestation Al-Manar is zeer populair in de regio. Libanese televisiedeskundigen zeggen dat de programma’s van Al-Manar op twee na het meest door de bevolking worden bekeken. Als de programma’s over de ontwikkelingen in Zuid-Libanon of in de Palestijnse gebieden gaan, dan kijkt iedereen naar de uitzendingen van Al-Manar.
Steun
Ook al verbiedt de Libanese wet dat televisiestations door buitenlandse sponsors worden gefinancierd, het is een publiek geheim dat het vooral de banken in Iran zijn die de onkosten van Al-Manar voor hun rekening nemen. Tot op de dag van vandaag ontkennen leidinggevenden van Al-Manar glashard dat zij financieel van Iran afhankelijk zijn. Het jaarlijkse budget van Al-Manar bedraagt meer dan 15 miljoen dollar, dat is de helft van het budget waarover bijvoorbeeld het Arabische televisiestation Al-Jazeera kan beschikken. Het is ook bekend dat talrijke bedrijven uit Arabische en westerse landen heel veel betalen voor reclame die Al-Manar uitzendt.
Nadat het Israëlische leger zich in mei 2000 uit Zuid-Libanon had teruggetrokken, concentreerden Hezbollah en Al-Manar zich bijna exclusief op de ontwikkelingen in de Palestijnse gebieden, de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever. Na het uitbreken van de al-Aqsa-intifada in september 2000 was er geen televisiestation in het Midden-Oosten dat de gebeurtenissen met betrekking tot het Israëlisch-Palestijnse conflict zo op de voet volgde als Al-Manar. Hezbollah blijft Al-Manar dagelijks (!) gebruiken om kijkers in het Midden-Oosten en in de rest van wereld ervan te overtuigen dat de inwoners van de bezette gebieden (in de Gazastrook en op de Westelijke Jordaanoever) een rechtmatige strijd voeren en dat Israël moet worden vernietigd. Dat wil zeggen dat héél Palestina aan de Arabieren, de oorspronkelijke eigenaren van het land, moet worden teruggegeven. Sinds het begin van de tweede intifada was Al-Manar meestal het eerste medium waarvan terroristische organisaties (Hamas, Islamitische Jihad en al-Aqsa Martelaren Brigades) gebruikmaakten om de verantwoordelijkheid voor een zelfmoordoperatie in Israël of elders op te eisen.
Televisiestation Al-Manar zendt dagelijks acht keer in het Arabisch een nieuwsbulletin uit, en bovendien dagelijks nieuwsbulletins in het Frans en het Engels. Behalve het hoofdkantoor in Beiroet heeft het televisiestation vestigingen in Egypte, Jordanië en de Verenigde Arabische Emiraten. In België, Frankrijk, Irak, Kosovo, Koeweit, Marokko, de Palestijnse gebieden, Rusland, Zweden, Syrië, Turkije en de Verenigde Staten werken correspondenten voor Al-Manar.
Mede als gevolg van de wereldwijde uitstraling van de programma’s van Al-Manar heeft het televisiestation van Hezbollah in de Arabische wereld veel erkenning gekregen. Omdat Al-Manar de mogelijkheid heeft aangegrepen de gebeurtenissen in de Palestijnse gebieden op de voet te volgen, heeft Hezbollah de unieke kans om zijn ideologie van de vernietiging van de staat Israël wereldwijd te verspreiden.
Haatcampagnes
Dit laatste wordt vooral gedaan door het uitzenden van talrijke talkshows, drama’s en documentaires. ”Het huis van de spin” is een talkshow die de zwakheid van de zionistische entiteit beoogt te ontmaskeren. Het programma claimt dat de staat Israël van de aardbodem kan worden weggevaagd door een combinatie van een onophoudelijke lichte oorlogvoering tegen de zionistische entiteit (het uitvoeren van zelfmoordoperaties) én een demografische verschuiving ten gunste van de Arabische bevolking in het land, door te blijven hameren op het recht van alle Palestijnen naar het thuisland terug te keren.
”Wat is het volgende” is ook een politieke talkshow waarin gasten optreden die virulente anti-Joodse en anti-Amerikaanse tirades houden, om de kijker aan te moedigen op welke manier dan ook mee te doen aan de haatcampagne tegen de zionistische entiteit, die zo snel mogelijk van de aardbodem moet verdwijnen. In dit programma komen talrijke vertegenwoordigers van terroristische groeperingen aan het woord.
”Mijn Bloed en de karabijn” is een documentaire van Al-Manar die is samengesteld om de strijders van Hezbollah bijna als godenzonen te verheerlijken en de kijkers te inspireren zich aan te sluiten bij de verzetsbeweging tegen de zionistische entiteit.
Het programma ”Repatrianten” is gewijd aan het Palestijnse vluchtelingenprobleem. Geheel in overeenstemming met de ideologie van Hezbollah zijn deze Palestijnen geen vluchtelingen, maar ”repatrianten”, die zijn voorbestemd om weer eigenaar te worden van de grond waarop de zionistische entiteit in 1948 werd gesticht.
Pilaren
Van de langlopende documentaire ”Terroristen” wordt wekelijks een aflevering uitgezonden. Hierin worden „alle misdaden die de terroristische zionisten” in de 20e eeuw tegen de Arabische wereld hebben begaan, uitvoerig belicht.
In de documentaire ”Ondanks de wonden” wordt in diverse afleveringen de strijd die individuen tegen de zionistische entiteit hebben gevoerd, behandeld, vooral van degenen die daarbij gewond raakten. De duizenden gewonden worden voorgesteld als de pilaren waarop de samenleving is gebouwd.
Muziekclips maken ten slotte 25 procent van alle programma’s van Al-Manar uit. Hierin komt hoofdzakelijk het Israëlisch-Palestijnse probleem aan de orde.
Richard Armitage, staatssecretaris van Buitenlandse Zaken van de VS, waarschuwde terecht voor de moordaanslagen van Hezbollah, waarbij hij aantekende dat „Hezbollah het A-team van terroristen in de wereld is, en al-Qaida het B-team.” CIA-directeur George Tenet kwam eerder tot dezelfde conclusie.
De auteur doceert aan het Simon Wiesenthal Instituut te Brussel en is schrijver van de bestseller ”Van jodenhaat naar zelfmoordterrorisme. Islamisering van het Europese antisemitisme in het Midden-Oosten” (Heerenveen, 2006).