Planbureau: Flexibiliteit ondermijnt milieubeleid
DEN HAAG (ANP) – De manier waarop het kabinet de milieuregels toepast, verzwakt de effectiviteit van het milieubeleid. Het draagvlak onder de bevolking neemt af. Ook is het beleid zo complex dat controle op naleving van de regels steeds moeilijker wordt. Dat hebben onderzoekers van het Milieu en Natuur Planbureau (MNP) donderdag gesteld.
Voor bijvoorbeeld geluidsnormen voor luchthaven Schiphol, maatregelen voor een betere luchtkwaliteit en regels voor het uitrijden van de meststoffen fosfaat en nitraat maakt het kabinet veel gebruik van een flexibele aanpak. Op die manier wil de regering de ruimte, die de – veelal Europese – milieuregels bieden, optimaal benutten.Om de lucht in Nederland schoner te krijgen heeft het kabinet gekozen voor saldering. Op de ene plek mag de luchtvervuiling bijvoorbeeld door de aanleg van een nieuwe weg wat toenemen, zolang de kwaliteit dicht in de buurt verbetert en in het hele gebied dus per saldo niet verslechtert. Ook voor het nieuwe mestbeleid gelden dergelijke flexibele afspraken: de derogatie. Op een deel van de graslanden mag daarom meer mest uitgereden worden.
Het huidige milieubeleid is door deze flexibele aanpak complex, moeilijk te handhaven en zodoende kwetsbaar, aldus het MNP. Het stelt dat het milieu juist gebaat is bij simpele, duidelijke regels.
„Eén norm voor het totale aantal woningen met een hoge overlast door Schiphol, één vastgestelde afstand van een snelweg waarbinnen geen kleuterscholen gebouwd mogen worden”. Deze eenvoud maakt de milieuregels inzichtelijker, vergroot het draagvlak en verhoogt de „geloofwaardigheid” van het beleid, menen de onderzoekers.