Buitenland

Verloop verkiezingen Macedonië belangrijker dan uitslag

SKOPJE - De 1,6 miljoen kiesgerechtigde inwoners van Macedonië kiezen woensdag een nieuw parlement. Centrale vraag is niet welke partij als grootste uit de stembus komt, maar of de verkiezingen rustig en vreedzaam zullen verlopen. De campagne, die wordt overschaduwd door gewelddadige incidenten, doet het ergste vrezen.

4 July 2006 11:46Gewijzigd op 14 November 2020 03:54

De Macedoniërs hebben woensdag de keuze uit 36 partijen en partijblokken, samen zo’n 2700 kandidaten. Slechts 120 van hen zullen zitting nemen in de Sobranie, zoals het Macedonische parlement wordt genoemd. De kiezers zullen hun stem bijna uitsluitend langs de etnische scheidslijnen uitbrengen.De strijd om de eerste plaats gaat tussen de regerende Sociaal-Democratische Unie van Macedonië (SDSM) van premier Vlado Buckovski en de grootste oppositiepartij, de Interne Macedonische Revolutionaire Organisatie-Democratische Partij voor Macedonische Nationale Eenheid (VRMO-DPMNE) onder leiding van Nikola Gruevski. Volgens de laatste peilingen heeft de gematigd nationalistische VRMO- DPMNE een lichte voorsprong op de SDSM. Overigens zou meer dan 42 procent van de kiezers nog niet weten of hij gaat stemmen.

Onder de Albanese minderheid gaat de strijd tussen de Democratische Unie voor Integratie (DUI) van Ali Ahmeti, de huidige coalitiepartner van de SDSM, en haar voornaamste rivaal, de Democratische Partij van Albanezen (DPA), die wordt aangevoerd door Arben Xhaferi.

Voorafgaande aan de campagne beloofde de regering in Skopje de Macedoniërs verkiezingen zoals in Scandinavië. De strijd om de kiezers verloopt in het verre noorden immers eerlijk en democratisch en geldt als een tikkeltje saai. Om te laten zien dat het hun ernst was, zetten de vertegenwoordigers van alle politieke partijen hun handtekening onder een document waarin ze beloofden alles te zullen doen om ervoor te zorgen dat de verkiezingen ordelijk zouden verlopen.

Een dergelijk document is in Macedonië geen overbodige luxe. Sinds de onafhankelijkheid van het Balkanstaatje, dat vijftien jaar geleden de Joegoslavische federatie verliet, gaat elke volksraadpleging namelijk gepaard met geweld en bloedvergieten. Interetnisch geweld tussen Macedoniërs en Albanezen bracht het land in 2001 zelfs aan de rand van een burgeroorlog. Slechts met de grootste moeite konden internationale bemiddelaars verder bloedvergieten voorkomen.

De hoop dat de verkiezingen ditmaal rustig zouden verlopen, werd echter snel de bodem in geslagen. Al bij de start van de verkiezingscampagne op 15 juni ging het mis, toen het partijkantoor van de DUI in de stad Tetovo -het bolwerk van de Albanezen- werd beschoten. Sindsdien zijn er al meer dan twintig gewelddadige incidenten gemeld. Voorlopig dieptepunt is het neerschieten van een hooggeplaatste DUI-partijfunctionaris, die daarbij ernstig gewond raakte.

Opvallend is dat het geweld vooral onder de Albanese minderheid zelf plaatsheeft. Dat heeft volgens waarnemers alles te maken met het feit dat de inzet voor de Albanezen bijzonder hoog is. De winnaar kan rekenen op interessante baantjes binnen het overheidsbestuur, terwijl de verliezers met lege handen staan. Bovendien wil de DPA revanche voor haar smadelijke nederlaag van vijf jaar geleden, toen de DUI van Ahmeti -de voormalige leider van de guerrillabeweging UCK- haar de loef afstak. „Zij (de leiders van de DPA) hebben niets te verliezen”, citeert de Neue Zürcher Zeitung Iso Rusi, een gezaghebbende Macedonische commentator van Albanische komaf.

De aanstichters van het geweld spelen hoog spel. Het land zit niet alleen in de wachtkamer van de NAVO, het is ook sinds december vorig jaar officieel kandidaat-lid van de Europese Unie. Brussel verbond daaraan wel de voorwaarde dat de uitkomst van het proces zal afhangen van de vraag in hoeverre Skopje erin zal slagen hervormingen door te voeren. EU-woordvoerders hebben al in duidelijke bewoordingen laten weten dat nieuwe incidenten zwaarwegende gevolgen kunnen hebben voor de Euro- Atlantische integratie van het Balkanstaatje.

Intussen is er onder de bevolking sprake van wijdverbreide politieke apathie, die vooral wordt ingegeven door de sociaaleconomische omstandigheden. Weliswaar gaat het Macedonië macro-economisch niet slecht -de inflatie is gering en de economische groei bedraagt bijna 5 procent- maar de meeste burgers merken hiervan weinig. Het gemiddelde inkomen ligt rond de 200 euro en meer dan een derde (37 procent) van de bevolking is werkloos. En zolang de corruptie welig blijft tieren, zal hierin geen verandering komen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer