Blair slaat zonder verkiezingen toch rechtsaf
Waar heel Europa een ’ruk naar rechts’ bij de stembus nodig heeft om de immigratiewetten aan te scherpen, doet Groot-Brittannië het zonder. De regering-Blair in Londen beweegt zich van zeer soepel ineens naar het andere uiterste.
New Labour gold de laatste vijf jaar als voorbeeldig links. Enerzijds opkomen voor de zwakken, door bijvoorbeeld de emancipatie van vrouwen en homoseksuelen te bevorderen, en anderzijds toch ook realistisch als het gaat over financieel en economisch beleid. Goedgeklede en gladgeschoren mannen hoefden zich niet meer te schamen om met een stropdas om hun nek toch links te stemmen. Blair was immers ’cool’.
Maar terwijl Blairs grote populariteit het laatste halfjaar daalt, wordt het beleid van zijn kabinet steeds rechtser. In Londen hebben wellicht vele analisten er dagwerk aan om te bespreken wat nu oorzaak en wat gevolg is.
Het opvallendste beleidsterrein waarop de Britse regering rechtsaf slaat, is immigratiebeleid. Minister David Blunkett van Binnenlandse Zaken heeft momenteel een wetsvoorstel bij het parlement liggen waarin de regels sterk worden aangescherpt in vergelijking met de wet uit 1999, die ook al streng was ten opzichte van de voorgaande.
De nieuwe wet voorziet in een versnelling van de procedure. Die komt er niet alleen door een grotere effectiviteit van de immigratiedienst, maar ook door een verschraling van de beroepsrechten van de asielzoeker. Na de eerste beslissing bijvoorbeeld moet de vluchteling terug naar het land van herkomst of, als dit niet mogelijk is, naar het land vanwaar hij of zij Groot-Brittannië is binnengekomen. Meestal is dat Frankrijk.
Voor een verzoek om de Britse nationaliteit is niet alleen een basale kennis van de Engelse taal en de wetten en regels nodig, maar moet ook een eed van trouw op de Britse constitutie worden afgelegd: „Ik respecteer de rechten en vrijheden van het Verenigd Koninkrijk. Ik ondersteun de democratische waarden. Ik blijf trouw aan de wet en vervul de plichten van een Brits staatsburger.”
De kritiek was daarom niet mals. Een eed als voorwaarde voor burgerschap zou alleen nationalisme bevorderen. De organisatie voor vluchtelingenwerk Refugee Council was „diep bezorgd.” Amnesty International noemde het Britse plan „complete waanzin.” En de Oostenrijkse politicus Jörg Haider zei tijdens een bezoek aan Londen een „bevredigend moment” te hebben, omdat Tony Blair hem twee jaar geleden nog verwenste als een nazi-vriendje.
Is het dan eigenlijk vreemd als een linkse regering een streng (dus ’rechts’) asielbeleid instelt? Dat niet zozeer. Ook het tweede paarse kabinet in Nederland trok in de nieuwe Vreemdelingenwet de teugels zeer strak aan. Mede als gevolg van die wet is in het aantal asielverzoeken in Nederland al een daling opgetreden.
Maar het is wel vreemd als een sociaal-democraat zijn strengere asielwet ook enthousiast gaat verdedigen. De Nederlandse PvdA-staatssecretarissen Cohen en Kalsbeek dachten er niet over van de daken te roepen dat de deur op slot was gegaan.
De Britse minister Blunkett kent deze schaamte echter niet. „We zullen stevig snijden in de eindeloze mogelijkheden voor juridische herziening van beslissingen over verblijfsvergunningen”, zei hij in april bij een toelichting op zijn plannen. Drie jaar geleden vond zijn voorganger, minister Jack Straw, echter beroepsmogelijkheden minimale vereisten van de rechtsstaat.
Twee weken later stelde Blunkett voor aparte scholen voor kinderen van asielzoekers op te richten. De Britse scholen werden immers „overdonderd” door vreemdelingen. Toen enkele eigen Labour-parlementariërs hierop in de gordijnen klommen en ook de premier liet weten dit soort krachtige termen liever te vermijden, zwakte Blunkett het iets af. Hij had beter „overspoeld” of „overweldigd” kunnen zeggen, zei hij in het Lagerhuis. Blunketts partijgenoten, die toch al niet stonden te juichen over de nieuwe asielwet, hadden hierna echter niet de indruk dat de minister hen erg goed begrepen had.
De Britse asielwet uit 1999 gold in Europa steeds als soepel. Het Verenigd Koninkrijk heeft al jaren een enorme aantrekkingskracht op vluchtelingen. Dagelijks proberen tientallen te voet door de Kanaaltunnel te glippen.
Voorheen verbleven de asielzoekers in het centrum van Calais en sliepen daar in parken en portieken. De Franse regering opende drie jaar geleden in Sangatte de deuren van een bedrijfshal die bij de bouw van de tunnel dienst had gedaan, maar sindsdien in onbruik was geraakt. Hoewel de ruimte ongeveer is afgestemd op 700 mensen, verblijven er permanent 1200 tot 1500 asielzoekers.
De firma Eurotunnel zeurde tevergeefs bij de Franse regering om sluiting van het kamp. Het bedrijf zegt elke maand 15 miljoen pond te verliezen door vertragingen als gevolg van de ’voetgangers’ in de treintunnel. Pogingen om de mond van de tunnel af te sluiten zijn steeds niet-afdoende geweest.
Het asielzoekerscentrum Sangatte vergiftigde al enkele maanden de Frans-Britse betrekkingen. Frankrijk draaide immers op voor de zorg voor het kamp, terwijl het eigenlijk een Brits probleem was. Vorige week vrijdag hebben de twee regering echter besloten uiterlijk begin volgend jaar het centrum te sluiten. Een „doorbraak”, zeiden Blunkett en zijn Franse collega Sarkozy afgelopen vrijdag.
De hele overeenkomst tussen Blunkett en Sarkozy gaat ervan uit dat de nieuwe Britse asielwet, die ongeveer half oktober in werking moet treden, direct een ontmoedigend effect heeft op het aantal asielaanvragen. Wat nu bekendstaat als het Europese land van melk en honing, moet straks in de landen van herkomst een even slechte naam hebben, zodat vluchtelingen niet meer naar Groot-Brittannië willen.
Voor Londen is met de sluiting van Sangatte een groot probleem opgelost. Maar de omstandigheden in Irak, Iran en Afghanistan zijn hiermee niet verbeterd. Blair en Blunkett verschuiven het probleem daarom alleen maar, en wel op het bordje van UNHCR-topman Ruud Lubbers. Dan is het de beurt van Lubbers om voorbeeldig links te worden.