Dat heeft een internationaal comité van deskundigen donderdag geadviseerd aan minister Veerman van Landbouw. Die neemt de aanbevelingen over.In de Oostvaardersplassen gaat de natuur zo veel mogelijk haar eigen gang. In het 6000 hectare grote natuurgebied leven ongeveer 1500 edelherten, 1000 konikpaarden en 500 heckrunderen. Die moeten zomer en winter hun eigen kostje bij elkaar zoeken. Lange winters zorgen echter voor veel uitval. Vorig jaar nog verhongerden enkele honderden edelherten, konikpaarden en heckrunderen. Dat leidde tot veel discussie over de vraag of bijvoederen noodzakelijk was.

Veerman vroeg daarop een internationaal gezelschap van natuurbeheerders en wetenschappers om advies. Dat heeft niets tegen de gekozen aanpak. In een gebied als de Oostvaardersplassen is het mogelijk om een „veerkrachtig, zelfvoorzienend ecosysteem” met grote grazers te houden, aldus het comité.

Wel adviseren de deskundigen de dieren niet geheel aan hun lot over te laten. Bijvoeren of kunstmatige geboortebeperking onder de grazers hoeft niet, maar Staatsbosbeheer moet als beheerder van het natuurgebied via zogenoemd reactief populatiebeheer wel beter op de kuddes passen. Zieke, gewonde en verzwakte dieren moeten tijdig uit hun lijden verlost worden. Het streven daarbij is dat 90 procent van de lijdende herten, paarden en runderen wordt afgeschoten als ze nog kunnen staan.

„Deze vorm van populatie volgend beheer komt het meest tegemoet aan de behoefte het onnodig lijden van zieke en gewonde dieren te minimaliseren”, aldus voorzitter Gabor van het internationale comité.

De deskundigen vragen zich wel af of er in de Oostvaardersplassen plaats is voor de heckrunderen. In de strijd met de konikpaarden en edelherten om het voedsel zullen zij geregeld het onderspit delven. De commissie adviseert daarom de kudde heckrunderen flink te verkleinen dan wel te laten uitsterven.

Staatsbosbeheer ziet zich door het advies gesterkt in het gevoerde beheer tot nu toe. De Dierenbescherming, die in maart via de rechter bijvoeren probeerde af te dwingen, is minder gelukkig met de aanbevelingen. Directeur Posthumus Meyjes vindt dat de Oostvaardersplassen geen natuurgebied zijn, omdat er een hek omheen staat. Verder gaat het om gehouden dieren, betoogt hij, wat niet-ingrijpen onacceptabel maakt.