Veel onzekerheid over emeritaatskassen
APELDOORN - Is emeritaat hetzelfde als pensioen? Die vraag dringt zich op bij de invoering van de nieuwe Pensioenwet begin volgend jaar. Wanneer emeriteringsuitkeringen dezelfde kenmerken hebben als pensioenen is er geen reden meer voor een uitzonderingspositie, vindt de regering. Met alle gevolgen van dien.
Het was ook in 1953 een discussie. Bij de invoering van de huidige Pensioen- en spaarfondsenwet (PSW) werd volop gedebatteerd over de status van predikanten. De staatssecretaris concludeerde uiteindelijk dat de band met de kerkelijke gemeente die de dominee heeft aangesteld niet verdwijnt als hij met emeritaat gaat.De uitzonderingspositie van predikanten staat anno 2006 opnieuw ter discussie. De regering wil zo veel mogelijk financieel toezicht. En wanneer een emeritaatskas onder de Pensioenwet valt, moet aan vele regeltjes worden voldaan. De belangrijkste daarvan is wel de dekkingsgraad, de zekerheid dat in alle gevallen voldoende kan worden uitgekeerd. De Nederlandsche Bank (DNB) controleert.
De Stichting Emeritaatsvoorziening van de Nederlands Gereformeerde Kerken (SEV) heeft zich grondig verdiept in de veranderingen en de mogelijke gevolgen hiervan.
Bestuurslid H. Strating: „In de memorie van toelichting werd vermeld dat ook het pensioenfonds van de Protestantse Kerk onder het nieuwe toezicht, uitgevoerd door De Nederlandsche Bank, zou gaan vallen. Vervolgens wordt er gesproken over „deze fondsen”, maar onduidelijk is wie daarmee worden bedoeld. De passage is echter steeds gehandhaafd.”
De Pensioenwet kent echter werknemers en werkgevers. Kerkgenootschappen noch predikanten voldoen aan die omschrijving. Het probleem is volgens Strating „dat geen enkele wet past bij de situatie binnen de kerken. In alle gevallen wringt het. Je kunt met een bepaalde bevoegdheid iemand als werknemer aanwijzen, maar dan nog past het werkgeversbegrip niet.”
De voorzitter van de SEV, mr. H. G. Bronsveld, en Strating hebben inmiddels contact gehad met het ministerie, maar dat verwijst de toezichtskwestie naar De Nederlandsche Bank (DNB). Met afgevaardigden van onder meer de Gereformeerden Kerken vrijgemaakt, de Unie van Baptisten en de Christelijke Gereformeerde Kerken is er vrijdag een gesprek met vertegenwoordigers van DNB. Hoopvol zijn beiden niet gestemd, want de bank is een uitvoerend orgaan dat zich niet bezighoudt met de invulling van de wet.
Bronsveld: „Het gaat ons niet om toezicht, dat vinden we prima. Maar wel dient de bestaande rechtsverhouding te worden behouden. Het is toch een maatschappelijke tendens dat het kerkrecht onder druk komt te staan. Een predikant dient vrij te zijn in het brengen van het Woord van God. Dat kan door een werkgevers-werknemersrelatie tussen de kerk en de predikant onder druk komen te staan.”
Financiën
Er zijn ook financiële valkuilen. De emeritaatsvoorziening van de Nederlands Gereformeerde Kerken heeft een dekkingsgraad van 115 procent. In de nieuwe wet is, met inachtneming van een overgangstermijn, 130 procent voor een gemiddeld pensioenfonds verplicht. „Wij zitten redelijk riant, in het slechtste geval moeten de aangesloten kerken wat meer betalen.”
Maar voor de kerken die werken met een omslagstelsel is de dekking ongeveer nul. Een ander deel bevindt zich in een opbouwfase. Zij hebben nu een dekkingsgraad van bijvoorbeeld 30 tot 40 procent. De nieuwe wet stelt ook eisen aan de organisatie van het fonds.
De penningmeester van de emerituskas van de Christelijk Gereformeerde Kerken, C. van Beveren, is er niet gerust op. „Als onze kas onder de nieuwe wet valt, heeft dat enorme gevolgen. Zo zelfs dat deze in de huidige vorm niet kan blijven bestaan.”
Er wordt nu aan 85 predikanten en/of hun weduwen een uitkering verstrekt. De helft van het fonds, dat 16,5 miljoen euro omvat, is kapitaalgedekt, de rest wordt via bijdragen per kerkelijk lid opgebracht. „Als dat mee zou tellen voor de in de wet vereiste dekking zitten we op ongeveer 110 procent, anders op 50 procent. Er wordt echter een dekking van 130 procent gevraagd.”
Volgens Van Beveren zit er weinig anders op dan te lobbyen bij politiek bevriende partijen om de uitzonderingsbepaling voor de kerken onverkort te handhaven. Het CDA-Statenlid is al in gesprek met partijgenoten in Den Haag. „Het is heel vervelend dat de PKN om haar moverende redenen heeft gevraagd onder de werking van de nieuwe wet te mogen vallen”, aldus Van Beveren. Ook bekritiseert hij zijn partijgenoot minister De Geus. „Die zou beter moeten weten.”
Binnen de PKN wordt de komst van de nieuwe wet met vertrouwen tegemoetgezien. De gevolgen zijn niet groot, meent P. Eenhuistra, directeur pensioenfonds predikanten. Belangrijkste knelpunt zijn de begrippen werknemer en werkgever. Er wordt daarom gebruikgemaakt van de mogelijkheid om door middel van een aanwijzing het pensioenfonds onder de wet te brengen. „Alleen voor de toepassing van de wet worden de predikanten dan beschouwd als waren zij werknemer.”
Financieel is er voor de PKN geen vuiltje aan de lucht. „Met een kapitaaldekkingsgraad van ongeveer 135 procent is onze financiële positie goed te noemen.”
In de Hersteld Hervormde Kerk worden evenmin grote veranderingen verwacht. „Extern wordt er door deskundigen goed gekeken naar de gevolgen en de mogelijke aanpassingen. Onze dekkingsgraad is goed”, reageert woordvoerder A. J. J. van den Berge.
De voorzitter van de emerituskas van de Gereformeerde Gemeenten, ds. M. J. van Gelder, kent de knelpunten. „Officieel hebben wij echter niet de minste informatie ontvangen, maar informeel volgen we de ontwikkelingen op de voet. We moeten afwachten wat de hoge heren beslissen”, aldus de predikant.
Bij de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland en de Gereformeerde Gemeenten in Nederland kan men zich niet voorstellen dat de nieuwe wet voor hen gevolgen heeft. De emerituskas van deze kerken vertonen geen kenmerken van wat voor pensioenvoorziening dan ook. „Er is geen sprake van een vaste bijdrage, de gemeenten zijn vrij om te geven. Ook het beroep op de kas, die vooral bestemd is voor de weduwen van de predikanten, heeft een vrijblijvend karakter. Er is geen enkele vaste toezegging”, zegt drs. P. H. D. van Ree, secretaris van de emerituskas van de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland.
Naar het zich laat aanzien, wordt de nieuwe wet niet voor het zomerreces behandeld. Hoewel de politiek over het algemeen lijkt in te stemmen met de de hoofdlijnen ervan, zijn er door VVD en SGP al vragen gesteld over de positie van de kerken. De SGP heeft gewaarschuwd voor de bijzondere positie van de predikanten en de grote gevolgen voor de emeritaatfondsen die zijn gebaseerd op een omslagstelsel.