Deze reis is een reactie op een verzoek van de gouverneur van de Molukken om in dit gebied de vissector op te gaan bouwen. Vis is daar ruimschoots aanwezig, terwijl de visserijcapaciteit maar heel beperkt is. Als het onderzoek positief uitpakt, zullen -om een begin te maken- binnenkort vier kotters gaan vissen in de Indonesische wateren.Voor de Urker vloot betekent het een hele opluchting als men een gedeelte van de visserij kan verplaatsen naar deze voormalige Nederlandse kolonie.

Door de schrikbarend gestegen gasolieprijzen staat het rendement van de visserijvloot onder zware druk. Hierdoor is een rendabele bedrijfsvoering bijna niet meer mogelijk. Als deze situatie nog langer voortduurt, komen er faillissementen in de visserijsector. Daarom probeert men op tijd de bakens te verzetten.

Het is de bedoeling op de Noordzee met kleinere schepen te gaan vissen. Deze verbruiken minder gasolie en dat betekent dus veel lagere onkosten. De kleinere kotters komen dan in de plaats van een aantal grotere viskotters. Voor deze grote schepen kan dan emplooi gezocht worden in Indonesië.

Als alles volgens plan verloopt, zal de Urker visserijdelegatie ruim twee weken in het verre oosten vertoeven. Op 5 juli hoopt men weer terug te keren, met de benodigde informatie. De reis wordt gesponsord door verschillende bedrijven. Ook de gemeente Urk betaalt mee.