Nederlandse militairen hebben de afgelopen maanden in de Afghaanse provincie Uruzgan waarschijnlijk „enkele tientallen” talibanstrijders gedood bij gevechtsacties, aldus kolonel H. Morsink zaterdag in een interview met NRC Handelsblad.Morsink is bevelhebber van de ”deployment task force” (DTF), die de komst van de rest van de Nederlandse militairen naar Uruzgan voorbereidt. Een van de Afghaanse slachtoffers is volgens de hoogste Nederlandse militair in Uruzgan een „belangrijk leider” van de taliban geweest. De kolonel benadrukt dat hij overigens geen onweerlegbare bewijzen heeft voor zijn verhaal.

De commando’s zijn volgens Morsink bij verkenningen rondom de provinciehoofdstad Tarin Kowt in totaal zes keer slaags geraakt met mogelijk taliban. Onder de Nederlanders zijn geen doden of gewonden gevallen.

Het ministerie van Defensie zegt in reactie op de uitspraken van Morsink dat de oorlogssituatie in Uruzgan het moeilijk maakt om de uitspraken van Morsink te verifiëren. Minister Kamp van Defensie zei zaterdag dat de Nederlandse militairen zich verdedigen als de taliban hen aanvallen. „Dan kunnen er slachtoffers vallen”, gaf hij toe.

PvdA’er Koenders vindt het onaanvaardbaar dat Kamp de Kamer nog niets heeft gemeld over de tientallen slachtoffers aan talibanzijde. Ook het CDA zou het netter hebben gevonden als de minister dat wel had gedaan. De VVD noemt het bij monde van Kamerlid Van Baalen een „normaal verschijnsel” dat er doden vallen bij gevechtsacties.

GroenLinkser Karimi vindt het daarentegen „vreselijk wat we nu meemaken. Het is linke soep daar. We moeten er weg.” Ze wil dat de Kamer zich uitspreekt over de vraag of de missie wel moet doorgaan.

De Kamer vergadert dinsdagavond met het kabinet over de uitzending.