Het wordt volgens thesaurier-generaal Van Dijkhuizen geen gemakkelijke exercitie. Hij verving donderdag en vrijdag in Brussel minister Zalm van Financiën, die verhinderd was door formatiebesognes, tijdens de eerste ’ecofin’ van het Deense EU-voorzitterschap.

De vrees steekt de kop op dat landen met begrotingsproblemen, zoals Frankrijk, Italië en Portugal, deze oefening zullen aangrijpen om het pact uit te hollen. In 2004 moeten de eurolanden een (bijna) sluitende begroting hebben om van de euro een stevige eenheidsmunt te maken.

Veel ministers toonden zich vrijdag huiverig, aldus de Nederlandse topambtenaar, maar Nederland voelt wel wat voor een soort codificatie van de afspraken voor het stabiliteitspact. Het zal de nodige stof tot discussie geven, verwacht Van Dijkhuizen.

EU-commissaris Solbes (Monetaire Zaken) zint op een gestandaardiseerde uitleg van het pact. Hij voelt de druk uit Rome en Parijs, die coulant willen worden behandeld omdat het economisch wat tegenzit. Volgens Solbes hadden grote lidstaten met een oplopend begrotingstekort twee tot drie jaar geleden hun kans moeten grijpen toen het economisch beter ging.

De ministers van de eurogroep, minus hun Britse, Deense en Zweedse collega’s, waren het erover eens dat de economische ontwikkelingen „een tikje minder goed” zijn. Daardoor zit het sommige landen wat tegen, „maar daar zit ook beleid bij”, meent Van Dijkhuizen, doelend op verkiezingsbeloftes voor onder meer belastingverlagingen zoals de Franse president Chirac heeft gedaan.

De ministers eisen verder dat landen betrouwbare en tijdige informatie geven over hun begrotingssituatie. Dat verwijt kan Italië zich aantrekken. Het land heeft volgens Eurostat, het statistisch bureau van de EU, met boekhoudkundige kunstgrepen zijn staatsschuld omlaaggebracht. „Het is van groot belang dat goede cijfers naar Brussel worden gestuurd”, aldus Van Dijkhuizen.