Bedekken
Het kan zijn dat de vogels van de hemel het zaad voor u wegpikken. Als het zo met u gesteld is, dan mag u wel een hoorder van het Woord zijn, maar u bent geen dader. U loopt groot gevaar dat God u Zijn Woord zal ontnemen, volgens Jezus’ eigen woord in Lukas 10:14, waarin Hij zegt dat het Tyrus en Sidon verdraaglijker zal zijn in het oordeel dan ulieden.
Och, dat het eens op, ja, in uw hart mocht vallen. Want waar de vogels het niet hebben opgegeten, zijn er krachtig door het Woord overtuigd geworden. Ja, die zijn met de pinksterlingen verslagen geworden in hun hart. Die zijn tot Christus gekomen met de stokbewaarder. Die hebben op het Woord acht gegeven als op een licht schijnende in een duistere plaats, totdat de dag aanbreekt en de morgenster oplicht in hun hart.Ulieden die daar weet van heeft, roepen wij toe: Doe wat de Heere van u vordert. Hoor aandachtig naar Hem. Zet uw hart op al de woorden. Ik mag met Petrus wel zeggen: „Laat mijn woorden tot uw oren ingaan.” Aan de andere kant: Doe als een landman met zijn zaad. Opdat het de vogels niet opeten zouden bedekt hij het en laat hij het niet bovenop liggen. Hij bedekt het zaad in voren van heilige toegenegenheid. Behoud het zo in het midden van uw hart.
Johannes Beukelman, predikant te Alblasserdam (”Vervolgstoffen”, 1777)