Weldaden
Merk hier op dat God acht geeft en hoe nauwkeurig Hij rekenschap geeft van al het goede dat Hij aan een volk of een kerk doet. De Heere schrijft al Zijn zegeningen op. Hij is milddadig, niet verkwistend. Hij is niet karig, maar Hij zal Zijn weldadigheden niet verwaarlozen, noch vergeten.In onze gaven moet onze linkerhand niet weten wat onze rechterhand doet. Maar Hij Die oneindig goed is, is niet onderworpen aan de zonde en zwakheid van de menselijke natuur. Hij is het Die tot David zegt: Ik nam u van de schaapskooi, vanachter de zogende schapen. Ik heb u gebracht van de zwakheid in de wieg tot sterkte op de troon . En tot een ander zegt Hij: Ik heb u van het ziekbed gezond gemaakt.
Indien wij Gods weldaden vergeten, God zal rekening houden met Zijn barmhartigheden. Gods weldaden zijn vol van goedertierenheid en oneindige barmhartigheid. Ze zijn het waard om in een rots te worden uitgehouwen. God heeft een rechtvaardige klacht tegen ons vanwege onze ondankbaarheid, want wij hebben Zijn zegeningen klein geacht. Hij heeft uw wijngaard van stenen gezuiverd, Hij heeft geplant en gesnoeid, en nu klaagt Hij: Wat is er meer te doen aan Mijn wijngaard? Hoe behoren wij de Heere voor Zijn weldaden die Hij aan ons heeft bewezen, ootmoedig te erkennen.
Joseph Hall, pred. te Norwich (Al de werken, 1663)