Opinie

Waardering voor ouderen

cDe Britten moeten langer gaan werken, maar tegelijkertijd zal de hoogte van hun pensioen gaan stijgen. Zo denkt de Britse regering de pensioentijdbom onschadelijk te maken. Nederland is nog niet zo ver. Maar ook daar houden politici inleidende bespiegelingen over de aanpak van de vergrijzing.

26 May 2006 12:12Gewijzigd op 14 November 2020 03:47

Nog maar een eeuw geleden waren regeringen druk met de vraag: Hoe kunnen mensen ouder worden? Maatregelen waren gericht op verbetering van arbeidsomstandigheden en van gezondheidszorg. Tegenwoordig breken overheden zich het hoofd over de economische gevolgen van het feit dat mensen ouder worden.Voorheen was de groep jongeren groter dan de groep ouderen. De jeugd was de basis voor de economie. Vandaag de dag is dat precies andersom. De groep vijftigplussers is groter dan de groep mindertigers.

Die verschuiving heeft allerlei maatschappelijke en economische consequenties. In kringen van beleidsmakers en politici prangt vooral de vraag: Hoe houden we de bestaande oudedagsvoorzieningen betaalbaar? Daarvoor zoeken zij creatieve oplossingen.

De voorstellen die daartoe tot nu toe zijn gelanceerd, richten zich vooral op het optrekken van de pensioengerechtigde leeftijd en op het laten meebetalen van ouderen aan hun eigen uitkering.

Discussies over dat vraagstuk moeten niet bij voorbaat worden afgewezen met het argument dat de samenleving haar welvaart vooral te danken heeft aan de inzet van de huidige groep senioren.

Dat laatste bevat zeker een kern van waarheid, al is dat niet de enige factor geweest. Ook andere, internationale economische ontwikkelingen hebben daarbij een rol gespeeld.

Voorzieningen kunnen echter alleen functioneren als er economische mogelijkheden voor zijn. Nu er sprake is van andere demografische en economische omstandigheden, vraagt dat nieuw beleid. Dat zal de samenleving en dus ook de groep senioren moeten inzien.

Het is echter te beperkt wanneer de aanpak van de vergrijzingsproblematiek zich uitsluitend richt op het optrekken van de pensioengerechtigde leeftijd en een andere financiering van de oudedagsvoorziening. Dat is slechts één aspect.

Er is sprake van een merkwaardige paradox. Enerzijds wordt vanuit allerlei kringen aangedrongen op langer werken van ouderen, anderzijds wordt in de samenleving weinig waardering getoond voor de ouderdom. Iedereen wil zo lang mogelijk jong zijn. Onder de veertig moet je het in je leven gemaakt hebben en na je vijftigste ben je afgeschreven. Bij reorganisaties moeten senioren vaak het eerst afvloeien. Bedrijven zijn ook nauwelijks bereid om geld beschikbaar te stellen voor om- en bijscholing van vijftigplussers. Het seniorenbeleid van veel ondernemingen beperkt zich vaak tot het toedelen van minder verantwoordelijke taken aan ouderen. Onze maatschappij kreunt onder een jonkheidscultus.

Onmiskenbaar is het waar dat jongeren fysiek tot meer in staat zijn dan ouderen en zich sneller aan allerlei vernieuwingen aanpassen. Daar staat echter tegenover dat ouderen meer ervaring hebben en daardoor voor bedrijven erg waardevol kunnen zijn.

Een goed seniorenbeleid kenmerkt zich door het benutten van de capaciteiten en de levenswijsheid van vijftigplussers. Wanneer van ouderen langer inbreng in het arbeidsproces wordt verwacht, moeten zij kunnen rekenen op een gewaardeerde plaats binnen ondernemingen.

De historicus Fruin schreef eens: „Als wij de ouderdom begroeten als vriend, behandelt hij ons zachter dan wanneer we hem bevechten als vijand.” De aanpak van de vergrijzing mag zich niet beperken tot financieel-economische maatregelen. Ze vraagt een mentaliteitsverandering. Jong zijn is niet alles; de ouderdom heeft ook rijke aspecten.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer