Volgens hoofdaanklager Raja Quereshi is het bewijs tegen de vier overtuigend geleverd en verdienen zij de straf die in Pakistan gebruikelijk is voor dit soort misdaden. De bezwaren van de verdediging deed Quereshi af als formaliteiten. De advocaten van de verdachten hadden betoogd dat het bewijs niet sluitend was, dat niet de juiste juridische procedures waren gevolgd en dat een deel van het bewijs vals was.

Pearl werkte voor The Wall Street Journal. Hij werd op 23 januari in Karachi ontvoerd toen hij in contact probeerde te komen met Pakistaanse moslimextremisten. Een maand later werd bij het Amerikaanse consulaat in Karachi een videoband bezorgd waarop was te zien hoe Pearl werd vermoord.

De video van Pearls executie werd in de rechtszaal vertoond, maar kon volgens de verdediging niet als bewijs dienen, omdat er geen getuige was die bij de productie ervan aanwezig was geweest en de authenticiteit dus niet kon worden vastgesteld.

Een van de vier verdachten is de in Groot-Brittannië geboren Ahmed Omar Saeed Sheikh, een 29-jarige oud-student van de London School of Economics. Volgens de aanklagers heeft hij Pearl in de val gelokt door voor hem zogenaamd een ontmoeting te regelen met een islamitische geestelijke.