Binnenland

„Even glimlachen naar dakloze”

ALMERE - „Sociale uitsluiting is een vorm van moderne armoede. Niet mee mogen doen in de samenleving is een hardnekkig probleem.” Dat stelt drs. C. A. Voorham, directeur van de stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg. Donderdag promoveert ze aan de Universiteit Twente op haar proefschrift ”Er buiten staan”.

17 May 2006 10:35Gewijzigd op 14 November 2020 03:45
Voorham: …honger naar aandacht…
Voorham: …honger naar aandacht…

Bij sociale uitsluiting gaat het om mensen die er in de samenleving niet bij mogen, kunnen of willen horen, stelt Voorham. Volgens het Sociaal en Cultureel Planbureau zou dat voor 15 procent van de bevolking gelden. Een deel van hen heeft contact met het Leger des Heils. In de achterliggende jaren deed de promovenda veldonderzoek onder 2000 cliënten. Met ruim veertig hield ze een uitgebreid interview.Het onderzoek wees uit dat achter sociale uitsluiting vaak een complex aan factoren schuilgaat. Deze leiden tot een combinatie van materiële en sociale armoede. Zaken die daarbij een rol spelen zijn onder meer de omstandigheden waaronder iemand is opgevoed, de leeftijd waarop een jongere het ouderlijk huis verlaat en het vermogen relaties aan te gaan en te onderhouden. Ook slachtoffer zijn van geweld, intimidatie en seksueel misbruik kan eraan bijdragen dat mensen buiten de samenleving komen te staan.

Wat raakte u het meest in de interviews?

„De troosteloosheid waarin deze mensen zijn terechtgekomen. Daarbij spelen vaak trauma’s een rol, zoals allerlei verlieservaringen. Het kan zijn dat je ouders het niet meer met je zagen zitten en je uit eigen beweging vertrok of ronduit op straat werd gezet, dat een jonger broertje of zusje is overleden of dat je bent ontvoerd naar een vreemd land. Dergelijke gebeurtenissen hebben een grote impact. Als mensen in zo’n situatie ook nog eens in aanraking komen met personen die alcohol of drugs gebruiken, zien ze dat vaak als een laatste strohalm. Dan gaat het van kwaad tot erger.”

Voorham noemt het voorbeeld van een man met een succesvolle muziekcarrière. „Hij speelde in grote orkesten. Rond zijn vijftigste liep zijn huwelijk op de klippen. Hij kreeg verkeerde vrienden, raakte aan de drank. Op een dag moest hij zijn huis uit vanwege schulden en overlast. Hij is alcoholist en verblijft nu in een opvangvoorziening. Zo is er ontzettend veel menselijke ellende en eenzaamheid.”

Tijdens de interviews moest Voorham denken aan de Bijbelse geschiedenis van de Heere Jezus bij het badwater van Bethesda. „De verlamde man zei: „Ik heb geen mens.” Ik heb veel moderne versies van dit verhaal gehoord, van mensen die aan een ander badwater zaten maar die ook niemand hadden. Ieder mens wil meedoen, gezien worden, onderdeel zijn van de gemeenschap. Velen missen dat. In de samenleving zie ik een verlegenheid om de hand naar hen uit te steken.”

Wat kunnen deze mensen zelf doen om hun isolement te doorbreken?

„Instellingen zoals het Leger des Heils kunnen hen helpen sociale vaardigheden te ontwikkelen, schulden te saneren en woonruimte te zoeken. Het blijft echter van belang dat anderen, mensen die sociaal iets vaardiger zijn dan zij, de eerste stap zetten en toenadering zoeken. Benader de ander op een gelijkwaardige manier, laat merken: Ik ben in jou geïnteresseerd. Dat ontwapent.”

Dan moet er eerst wel sprake zijn van een ontmoeting.

„Het begint heel eenvoudig, als je op straat een dakloze tegenkomt. Het minste wat je kunt doen is hem aankijken, even glimlachen, een vriendelijke woord zeggen. Voor iemand die leeft in een wereld waarin niemand op hem zit te wachten, betekent het heel wat als je alleen maar ”hallo” zegt. Velen hebben een enorme honger naar aandacht.”

Welke mogelijkheden ziet u voor het Leger des Heils om dergelijke contacten te stimuleren?

„We willen mensen uitdagen om toenadering te zoeken tot de kwetsbaren in onze samenleving, hen laten beseffen dat het een voorrecht is een naaste van een ander te mogen zijn. Soms kunnen we mensen op een natuurlijke wijze met elkaar in contact brengen. Een van onze opvangvoorzieningen heeft een project gedaan waarin cliënten, buurtbewoners en kunstenaars samen kunst maakten en elkaar daardoor ontmoetten. Ergens anders gingen bewoners van een instelling samen met buren een stoep betegelen.”

Als het aan Voorham ligt, worden dergelijke initiatieven in de toekomst uitgebreid. „Ze komen voor, maar nog incidenteel. Met elk goed incident ben ik gelukkig, maar ik hoop dat we samen het leven in toenemende mate wat prettiger voor elkaar kunnen maken.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer