Binnenland

CDA geeft spilpositie uit handen aan PvdA

1994 was in de Nederlandse politiek een jaar om niet snel te vergeten. Het CDA verloor twintig Kamerzetels en moest na decennialang onafgebroken regeren, genoegen nemen met de oppositiebankjes. Acht jaren paars lagen voor de boeg, jaren waarin de invloed van het christendom op wet- en regelgeving steeds verder werd teruggedrongen.

12 May 2006 23:34Gewijzigd op 14 November 2020 03:45
BOVENBERG…kritiek premier onbegrijpelijk…
BOVENBERG…kritiek premier onbegrijpelijk…

De terugval van het CDA had meerdere oorzaken. Een ervan was zonder twijfel het nonchalant omspringen met de oudere kiezer. Nadat lijsttrekker Brinkman in zijn beruchte Texelse rede het gewaagd had de AOW ter discussie te stellen, raakte hij in een onstuitbare duikvlucht. Het CDA kreeg een oorvijg van jewelste, de ouderenpartijen kwamen met zeven zetels in het parlement.Zo bezien nam PvdA-leider Bos een groot risico toen hij twee weken geleden een pleidooi voerde voor fiscalisering van de AOW en voor het mee laten betalen van rijke bejaarden aan deze oudedagsvoorziening. Het bewijs dat hij zich op glad ijs begaf, kwam al meteen in de peiling van Maurice de Hond: een verlies van vier zetels voor de PvdA.

In het debat van de afgelopen weken stelde deze en gene dat het dom was van Bos om de financiering van de AOW aan de orde te stellen. Hij zou de les van 1994 niet hebben geleerd. Maar dat is natuurlijk onzin. Met evenveel recht kan de PvdA-leider moedig genoemd worden omdat hij, wetend dat ouderen in Nederland goed zijn voor zo’n 25 Kamerzetels, het toch aandurfde een reëel maatschappelijk probleem te benoemen en van een mogelijke oplossing te voorzien.

In elk geval heeft Bos een andere les van 1994 wel degelijk geleerd. Want het ingrijpende van de politieke aardverschuiving van twaalf jaar geleden was dat het CDA, dat jarenlang in het centrum van de Nederlandse politiek had gezeten, die spilpositie nu moest afstaan aan de PvdA. Tientallen jaren hadden de christendemocraten in de luxe positie verkeerd dat zij bij coalitievorming konden kiezen tussen samenwerking met de sociaaldemocraten en de liberalen, wat hun een haast onaantastbare macht bezorgde.

Die spilpositie raakten zij in het rampjaar 1994 kwijt. Plotseling zat niet het CDA, maar de PvdA als een spin in het web van de landspolitiek. De partij hoefde niet met de christendemocraten, maar kon evengoed met de liberalen en/of met D66 een verbond sluiten, zo bleek.

In 2002 en 2003 waren de rollen weer omgekeerd. Het CDA kon als vanouds over links of over rechts gaan.

Het ziet er naar uit dat de wisselbeker volgend jaar opnieuw van eigenaar zal veranderen. Eigenlijk is dat op dit moment al bezig te gebeuren. Bos is zich bijzonder goed van zijn voordelige positie bewust. Net als Van Agt destijds buigt hij „niet naar links en niet naar rechts.” Hij houdt alle mogelijkheden open, zij het dat hij momenteel meer bezig lijkt aansluiting te zoeken bij het CDA dan dat hij een nieuw paars verbond zou overwegen of een linkse coalitie.

Het CDA daarentegen lijkt déze les van 1994 niet te hebben geleerd. Door zich volstrekt en uitsluitend op de VVD te richten, heeft Balkenende zijn spilpositie vrijwillig weggeven.

Begrijpelijk was zijn vastklitten aan de VVD in de beginfase van zijn tweede kabinet. Regeren vraagt trouw aan de gekozen partner(s). Die trouw kon hij des te gemakkelijker tonen omdat de grootste oppositiepartij zich met hand en tand verzette tegen de hervormingen van het kabinet.

Maar die situatie is inmiddels sterk veranderd. De voorstellen die Bos nu doet, richten zich in feite helemaal niet tegen het hervormingsbeleid. De bekende CDA-econoom Bovenberg wees er de achterliggende dagen op dat de PvdA-leider in feite dat achterstallig onderhoud aan de verzorgingsstaat aanpakt, dat Balkenende heeft laten liggen. In tegenstelling tot drie jaar geleden, toen hij nog meedemonstreerde op het Museumplein, wil Bos nu de hervormingen niet meer terugdraaien, maar juist afmaken.

Vreemd, aldus Bovenberg, dat Balkenende daar kritiek op levert in plaats van zich erbij aan te sluiten. Het zou de CDA-leider toch onverschillig moeten zijn met wie hij de Nederlandse verzorgingsstaat opknapt, als hij maar opgeknapt wordt.

Bovenberg slaat hier de spijker op de kop. Nu de volgende Kamerverkiezingen steeds dichterbij komen, mag Balkenende zich vrijer voelen meerdere opties voor mogelijke coalities open te houden. Dit te meer nu Bos zich met zijn programma steeds meer in de richting van het CDA beweegt.

Dat de slechte score van het CDA in de peilingen ervoor zorgt dat de partij steeds meer uit het centrum van de macht wordt gedrukt, daaraan kan Balkenende weinig veranderen. Maar dat hij zijn flexibiliteit vermindert door eenzijdig aan de VVD vast te houden, is zijn eigen keuze.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer