Virtuele kinderporno eindelijk strafbaar
Virtuele kinderpornografie wordt strafbaar. De Eerste Kamer is dinsdag akkoord gegaan met het voorstel van minister Korthals dit misdrijf met maximaal 6 jaar te bestraffen.
Virtuele kinderpornografie is kinderpornografie waarvoor kinderen niet daadwerkelijk fysiek zijn misbruikt of gebruikt, maar waarbij afbeeldingen (digitaal) zijn gemanipuleerd.
Om een straf op te kunnen leggen was wijziging van de zedelijkheidswetgeving noodzakelijk. Via moderne digitale technieken is het mogelijk ’echte’ beelden te maken zonder de fysieke aanwezigheid van kinderen. In de bestaande wetten is die betrokkenheid voorwaarde voor strafbaarheid. Voor een effectieve bestrijding van kinderporno met name op internet, moet het echter ook mogelijk zijn om op te treden tegen schijnbaar echte kinderporno, is de redenering van Korthals.
Daders van ontucht met kinderen tussen de twaalf en de zestien jaar kunnen door de wetswijziging voortaan worden vervolgd zonder dat een strafklacht bekend is. Tot dusver was een klacht van of namens het slachtoffer daarvoor noodzakelijk. De slachtoffers worden dan gehoord over wat zich heeft afgespeeld.
Seksuele exploitatie van kinderen zonder dat daarbij seksueel contact plaats heeft met een andere persoon, bijvoorbeeld in een peepshow, is op dit moment niet strafbaar. Met de wetswijziging wordt deze uitbuiting „van andere seksuele dienstverlening dan prostitutie door minderjarigen” strafbaar gesteld. Het maximum daarvoor wordt zes jaar. Klanten kunnen een maximumstraf van vier jaar krijgen.
De wetswijziging moet tevens een bijdrage leveren aan de bestrijding van sekstoerisme. Nederlanders en personen die in Nederland wonen en die zich buiten Nederland schuldig maken aan seksueel misbruik van kinderen, kunnen in Nederland worden vervolgd. Ook al zou dat misbruik op de plaats van het misdrijf niet strafbaar zijn.