Peijs benoemt OV–ambassadeur
DEN HAAG (ANP) – Minister Peijs (Verkeer) heeft besloten tot de benoeming van een ambassadeur voor het openbaar vervoer voor een periode van twee jaar.
Consumentenorganisaties als Rover wilden een nationale vervoerarbiter met een verdergaande toezichthoudende rol. Die vindt Peijs niet nodig.De minister ziet twee rollen voor de OV–ambasadeur weggelegd. De eerste is om als „het gezicht van het OV" bij overheden en vervoerders te bevorderen dat de kansen en mogelijkheden van het openbaar vervoer ook echt worden benut, zo liet de minister woensdag de Tweede Kamer weten.
In geval van (potentiële) conflicten kan hij op verzoek bemiddelen, ter voorkoming van zware en langdurige juridische procedures. Bij een conflict kan hij daarnaast optreden als voorzitter van een commissie van wijzen. Partijen kunnen die om een niet–bindend advies vragen. Peijs: „Maar ik verwacht dat partijen graag hun voordeel doen met deze adviezen”.
Rover ziet zo’n ambassadeur echter helemaal niet zitten. „Een leuke Joris Goedbloed die alsjeblieft moet zeggen, een leeuw zonder tanden. Het komt niet in de buurt van wat wij willen”, aldus woordvoerder R. Spithorst.
De reizigersorganisatie wil een vervoerarbiter met bevoegdheden, zoals de telecomtoezichthouder Opta en de mededingsautoriteit NMa, om bijvoorbeeld de Nederlandse Spoorwegen tot de orde te roepen. De vrees is dat de NS maar ook spoorbeheerder ProRail als monopolisten vrij spel krijgt als de overheid ze steeds meer de vrije hand geeft.
Zo’n formele arbiter is niet nodig, aldus Peijs. Uit een inventarisatie bleek dat voor alle mogelijke conflicten al een vorm van toezicht of conflictbeslechting bestaat.
PvdA–Kamerlid Dijksma steunt Rover. Zij vindt de OV–ambassadeur „vlees noch vis, een bemiddelaar zonder autoriteit. Dan maar liever niemand aanstellen”. Dijksma, die in december op verzoek van de minister een motie op dit punt niet doordrukte, beraadt zich op verdere stappen.
Reizigers zouden bij de arbiter ook een schadeclaim moeten kunnen indienen, voor bijvoorbeeld een te late trein. „Vervoerders vinden het prima, zij doen wat in de concessie (contract) staat en het hangt verder van hun goede wil af om consumenten tegemoet te komen”, reageerde de Rover–woordvoerder. „In de NS–concessie staan amper verplichtingen en geen sancties”.