Uiteindelijk worden in totaal veertig otters uitgezet, zo bleek maandag uit de woorden van staatssecretaris Faber van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. De uitgezette dieren komen uit Letland, Wit-Rusland, Tsjechië en Zweden. De otter was in Nederland door watervervuiling uitgestorven.

Bij de uitgezette otters zijn zenders ingebracht. De komende jaren worden de roofdieren nauwgezet gevolgd. „Ik hoop dat we in 2006 kunnen stellen dat de otter op eigen kracht zijn plek in Nederland heeft hervonden”, aldus staatssecretaris Faber.

Faber liet weten dat het otterproject niet zal worden geannuleerd door de komende regering. „De otter hoort gewoon thuis in Nederland. Iedere bewindspersoon die Landbouw, Natuurbeheer en Visserij in zijn portefeuille heeft, kan niet meer om de otter heen. Hij moet ervoor zorgen dat het dier blijft bestaan in ons land”, aldus de staatssecretaris.

Volgens onderzoeksinstituut Alterra uit Wageningen heeft de natuur zich zodanig hersteld dat herintroductie van de otter mogelijk is. Het onderzoeksbureau verwacht dat een deel van de otters door verkeer, loslopende honden of illegale fuiken zal sterven. „Het is gangbaar dat bij herintroducties 30 tot 60 procent van de dieren de dood vindt”, zegt H. Jansman van het onderzoeksinstituut.

De otters zijn in het centrum van de Weerribben uitgezet. Het natuurgebied, met een oppervlakte van 12.000 hectare, strekt zich uit van Noordwest-Overijssel tot het zuiden van Friesland. De beesten zullen zich verspreiden over de natuurgebieden De Lindevallei, Rottige Meenthe, De Wieden en Olde Maten. Langs de wegen in de gebieden zijn barrières aangebracht om te voorkomen dat de beesten de weg oversteken. Vissers werken met nieuwe fuiken die verdrinking van de otters tegengegaan.

Tot begin vorige eeuw kwam de otter vrij algemeen voor in de moerasgebieden van Noord-Nederland. Het dier werd echter fel bejaagd. Begin jaren ’40 waren er nog zo’n 300 otters in Nederland, maar door allerlei oorzaken, waaronder watervervuiling en de afname van natte natuur, verdween de otter langzamerhand. Ten slotte kwam hij alleen nog voor in Noordwest-Overijssel en Friesland. In 1988 werd de laatste Nederlandse otter doodgereden.

Om de otter in Nederland weer een kans te geven kwam de rijksoverheid in 1989 met een herstelplan voor de leefgebieden van de otter. Tot de plaatsen waar de otter opnieuw geïntroduceerd kon worden behoorden de kop van Overijssel en Zuidoost-Friesland. Wel moest er flink wat werk worden verricht om dit gebied geschikt te maken voor de otter. Zo werd door het uitbaggeren en afvoeren van bodemslib de waterkwaliteit sterk verbeterd. Er zijn faunabuizen onder wegen aangelegd waardoor otters van het ene moerasgebied naar het andere kunnen trekken. Er zijn uittreedplaatsen langs beschoeide kanalen gemaakt, zodat otters, reeën en hazen de waterwegen veilig kunnen oversteken.

Het is de bedoeling om de komende vier jaar veertig otters in andere delen van Nederland uit te zetten. Overheidsinstanties en natuur- en milieuorganisaties werken hieraan.

De otter is een van de meest bedreigde zoogdieren van West- en Midden-Europa. In het wild zijn de beesten zeldzaam.